Beleidskader Sociaal Domein 2024-2028

Beleidskader Sociaal Domein 2024-2028

1.Inleiding

1.1 Beleidskader Sociaal Domein

Voor u ligt het beleidskader Sociaal Domein. In dit beleidskader wordt beschreven hoe de gemeente de ondersteuning van haar inwoners regelt om zo lang mogelijk zelfstandig te functioneren en mee te doen in de samenleving. Daarbij gaat het over Wmo, jeugd en participatie, maar ook over bijvoorbeeld vrijwilligers, subsidie, onderwijs, cultuur, preventie,
armoede en schulden, sport, gezondheid en inburgering. Een compleet overzicht van alle wetten waar het sociaal domein mee werkt vindt u in bijlage 2.
We hebben ervoor gekozen om het beleidskader in te steken vanuit positieve gezondheid. We gaan uit van wat de persoon wél kan en bieden hulp waar nodig. Gezondheid is een publieke waarde waar partijen in de gemeente, wijk en buurt een bijdrage gaan leveren. Dat doen de inwoners zelf maar ook gezondheidsprofessionals, vrijwilligers (organisaties) bedrijven en de overheid. Deze samenwerking is terug te zien in het gebiedsteam en de wijkteams.
In dit beleidskader laten wij zien dat er aandacht blijft voor de belangrijke onderwerpen in het sociaal domein en dat de ambities om zaken te verbeteren en te vernieuwen nog steeds voorop staan. De volgende beleidsstukken worden in 2024 opgesteld en maken onderdeel uit van dit beleidskader:

  • Cultuurbeleid;
  • Vrijwilligersbeleid;
  • Subsidiekader;
  • Integraal Huisvestingsplan (IHP);
  • Gemeenschapshuizenbeleid;
  • Regionaal beleidsplan integrale schuldhulpverlening 2024-2027.

In de programmabegroting wordt jaarlijks inzichtelijk gemaakt waar de budgetten binnen het Sociaal Domein aan besteed worden.
De wereld, ons land en ook onze regio zijn voortdurend in beweging. Er doen zich grote maatschappelijke ontwikkelingen voor. Zoals vergrijzing en langer zelfstandig thuis wonen, het toenemend belang van het sociale en informele netwerk, een bredere kijk op gezondheid, een toename van armoede, de wens om een inclusieve samenleving, aandacht voor brede welvaart en de schaalsprong in de Brainportregio. Ontwikkelingen die met elkaar samenhangen en met grote gevolgen voor de samenleving en onze gemeente Gemert-Bakel.
Inspelen op deze bewegingen vraagt om het maken van keuzes, het slim combineren van opgaven en sturing. In Gemert-Bakel hebben we er daarom voor gekozen om de opgaven die op ons afkomen programmatisch aan te pakken. Hiervoor zijn de programma’s Dienstverlening en Organisatie, Toekomstbestendig Buitengebied, Vitale Kernen en Stevige Sociale Basis opgesteld. Dit beleidskader is onderdeel van het Programma Stevige sociale basis. De concrete inspanningen die in het programma opgepakt worden, zijn terug te vinden in het programmaplan wat bij het programma hoort. Het Programma Stevige sociale basis omvat dus meer dan alleen het (Beleidskader) Sociaal Domein. Opgaven in het programma worden integraal en team overstijgend opgepakt.


1.2 Leeswijzer

In hoofdstuk twee staat een korte terugblik op de beleidsperiode 2019-2023 beschreven. Hoofdstuk drie beschrijft een aantal ontwikkelingen in de samenleving en de lokale signalen en behoefte die zijn opgehaald in de overleggen met onze partners in het sociaal domein. In hoofdstuk vier staan de visie, missie, uitgangspunten en onze werkwijze benoemd. Hoofdstuk vijf geeft aan op welke vier thema’s we de komende beleidsperiode gaan inzetten, het gaat om de thema’s: preventie, meedoen, langer zelfstandig thuis en versterken (in)formeel netwerk. In hoofdstuk zes staat beschreven wat we nog meer doen in het sociaal domein. Tot slot gaan we in hoofdstuk zeven in op een aantal wetten en hoe we daar lokaal uitvoering aan geven.

2. Terugblik

We hebben samen, met al onze partners, veel kunnen realiseren in de beleidsperiode 2019- 2023. Een volledig beeld van alles wat we gerealiseerd hebben is dan ook onmogelijk om op te noemen. Hieronder blikken we terug op een aantal belangrijke gebeurtenissen en ontwikkelingen in het sociaal domein in deze periode.

Lokaal

De dorpsondersteuners zijn in dienst gekomen van de Stichting Dorpsondersteuning Gemert-Bakel. Het bestuur van de Stichting wordt gevormd door een afvaardiging van de werkgroepen zorg, het Zorgcollectief Gemert en de gemeente. Op deze manier is het werkgeverschap geborgd en kunnen de dorpsondersteuners zelfstandig en onafhankelijk hun rol als dorpsondersteuner vervullen; met de nodige uniformiteit en op eigen wijze die aansluit bij de behoefte vanuit de dorpen. Het team van dorpsondersteuners is inmiddels
uitgebreid met een dorpsondersteuner jeugd. 

Team jeugd heeft zich versterkt met de komst van jeugdconsulenten die gespecialiseerd zijn in bijvoorbeeld autisme, maar ook met een gedragswetenschapper. Door de jaren heen zijn
zij zich steeds meer gaan richten op preventie. Jongerenwerk is in dienst van de gemeente gekomen en er is een infopunt Samen/Scheiden
waar inwoners ondersteuning en advies krijgen van een consulent jeugd en een financieel expert vanuit Lumens.

De COVID-19 pandemie heeft twee jaar lang een grote rol gespeeld. De dienstverlening
binnen het sociaal domein ging, zo goed als kon en met aanpassingen gewoon door. Midden in deze periode, per januari 2021, is Lumens onze maatschappelijke partner geworden op het gebied van welzijnswerk, schuldhulpverlening én vluchtelingenwerk. Zij zijn in korte tijd een betrouwbare partner geworden en hebben de weg weten te vinden in het formele en informele netwerk in Gemert-Bakel.

De gevolgen van COVID-19 worden steeds zichtbaarder: in casuïstiek (eenzaamheid, depressie etc.), in deelname aan maatschappelijke activiteiten en vrijwilligerswerk. Naast de gevolgen van COVID-19 zorgen nieuwe onvoorziene ontwikkelingen zoals de energiecrisis en de inflatie ervoor dat een gedeelte van onze inwoners het (financieel)zwaar heeft of in de knel dreigt te komen. Dat betekent dat we hier in het geactualiseerde beleidskader rekening mee dienen te houden.

Regionaal

GR Senzer is vanaf 2016 het gezamenlijk werkbedrijf voor de uitvoering van de
Participatiewet voor 7 gemeenten, waaronder Gemert-Bakel. Een evaluatie in 2020 wijst uit dat GR Senzer een goed presterend werkbedrijf is maar dat ontwikkelingen op de regionale arbeidsmarkt, samenwerking in het sociaal domein en wijzigingen in wet- en regelgeving vraagt om de volgende zaken:

  • Aanscherping positionering van Senzer;
  • Actualisatie van de GR Senzer;
  • Een herijking van de bekostigingssystematiek.

In de periode 2020-2023 is dit gerealiseerd. Een van de afspraken binnen de
geactualiseerde GR Senzer is dat Senzer vierjaarlijks een Meerjarenplan Dienstverlening opstelt. Het Meerjarenplan Dienstverlening 2025-2028 ‘Mensgerichte Dienstverlening en integrale regionale samenwerking’ is inmiddels vastgesteld door het algemeen bestuur van GR Senzer.

Sinds 2017 zijn we onderdeel van de Gemeenschappelijke Regeling Peelgemeenten (GR Peelgemeenten). Een samenwerkingsverband in het sociaal domein. Gezamenlijk is een Koersagenda 2021-2024 opgesteld met de koers: ‘Samenwerken door Samen Werken’. Over organisatiegrenzen heen wordt opgavegericht en programmatisch samengewerkt aan vijf opgaven: normaliseren, bevlogen samenwerking rondom de inwoner, zakelijke samenwerking rondom de inwoner, data gedreven werken en excellent
werkgeverschap.

We nemen deel aan Peel Duurzaam Gezond, een netwerk van zorginstellingen, gemeenten, zorgverzekeraar en burgerinitiatieven. Peel Duurzaam Gezond zet zich in voor een vitale en gezonde Peelregio, waarbij het gedachtegoed van positieve gezondheid centraal staat. De peelgemeenten en Helmond sluiten namens de regiogemeenten aan. Er is een regiobeeld gemaakt en er wordt samengewerkt aan het Integraal Zorgakkoord en aan regie op regio op
de thema's van het Gezond en Actief Leven Akkoord. Wanneer hier lokale uitwerking voor nodig is doen we dit zoveel mogelijk op de lokale manier van werken, wijk en dorpsgericht en nodigen we mensen uit aan te sluiten bij reeds bestaande (informele) netwerken en met uitbreiding of intensivering van bestaande initiatieven waar mogelijk.

3. Ontwikkelingen en lokale behoefte

3.1 Ontwikkelingen in de samenleving

De Nederlandse samenleving verandert continu en krijgt daarom regelmatig met nieuwe uitdagingen te maken. Deze trends en ontwikkelingen doen zich ook in Gemert-Bakel voor. Daarom zijn ze de achtergrond voor dit beleidskader. Een aantal van deze ontwikkelingen is hieronder toegelicht.


Allereerst verandert de vraag naar en het aanbod van ondersteuning van de gemeente, organisaties en inwoners. Zo is de Nederlandse bevolking aan het vergrijzen, waardoor er naar verwachting in 2030 2 miljoen 75-plussers zijn. Ook in Gemert-Bakel groeit deze groep. Volgens de bevolkingsprognose van de provincie Brabant 2023 komen er ruim 900 75-plussers bij tot 2030. Dit leidt tot een stijging van het gebruik van voorzieningen voor maatschappelijke ondersteuning en zorg, bijvoorbeeld als gevolg van dementie. Tegelijkertijd zorgt dit ook voor een afname van het aantal mantelzorgers en vrijwilligers. Ook groeit de groep mensen, zowel jong als oud, met ondersteuningsvragen op meerdere
gebieden. Deze multi-gebruikers hebben baat bij een integrale benadering van ons en onze partners, waarbij de ondersteuning verschillende problemen tegelijkertijd aanpakt. We gaan uit van positieve gezondheid. De benadering van positieve gezondheid draait om de vraag wat mensen in de brede zin nodig hebben om met alle uitdagingen in het leven om te kunnen gaan. Het gaat hierbij om fysieke, mentale en sociale uitdagingen. Ook het principe van positieve gezondheid is gericht op preventie. Dit gedachtegoed zetten we centraal in de uitvoering.

Op het gebied van jeugd, opvoeding en de ontwikkeling van kinderen en jongeren zien we dat ondersteunings- en hulpvragen complexer worden. De hedendaagse maatschappij stelt hoge eisen en zorgt voor een toegenomen maatschappelijke druk. Te denken valt aan de toegenomen digitalisering, de constante invloed van social media en beeldvorming van een “maakbare samenleving” die hier omheen geschapen wordt, toenemende laaggeletterdheid,
echtscheidingsproblematiek, enz. Dit alles zorgt ervoor dat groepen die hier niet in mee kunnen op achterstand geraken. 

Ook is er een grotere groep mensen die structureel geld tekort komt of zelfs in armoede leeft. Te veel huishoudens kunnen rekeningen als gevolg van bijvoorbeeld de inflatie of hoge energierekening niet meer betalen. Ze kunnen daardoor niet volwaardig meedoen in de maatschappij. Deze mensen hebben geen basis onder hun bestaan en zijn afhankelijk van regelingen die ondersteunen bij bestaanszekerheid. Dat heeft een grote invloed op hun dagelijks functioneren en hun gezondheid.

Er wordt een groter beroep gedaan op de zelfredzaamheid en eigen kracht van mensen en de samenleving om deze ontwikkelingen het hoofd te bieden. Op deze manier blijft het systeem betaalbaar en vermindert de vraag naar ondersteuning. Van zelfredzaam naar samenredzaam. In Gemert-Bakel werken we al lang op deze manier. Het informele netwerk rondom onze inwoner is goed georganiseerd. Er zijn veel mooie initiatieven van inwoners om elkaar te ondersteunen of om elkaar te ontmoeten. Een deel van de mensen kan zich echter (nog) niet beroepen op de eigen kracht. Dat kan komen doordat ze geen sociaal netwerk hebben, de weg naar ondersteuning niet weten te vinden of
omdat de communicatie vanuit de overheid te ingewikkeld of onduidelijk voor hen is. Er liggen dan ook nog uitdagingen om daar als samenleving en als gemeente passende oplossingen voor te vinden. Sommige mensen zullen blijvende ondersteuning nodig hebben.

3.2 Lokale signalen en behoefte

Het sociaal domein werkt nauw samen met (kern)partners. Ze voert structureel overleg met de verschillende partners:

  • Lumens
  • Goed Wonen
  • Zorgboog
  • GGD
  • Senzer
  • GR Peelgemeenten
  • Stichting Dorpsondersteuning
  • Wijkteams
  • Cliëntenraad werk en inkomen
  • De werkgroepen zorg
  • De dorpsraden
  • Het zorgcollectief en KBO
  • Onderwijs
  • Huisartsen
  • Bibliotheek
  • Stichting Leergeld

Uit deze overleggen komt naar voren dat er aandacht moet zijn voor o.a.:

  • Mentale en fysieke gezondheid, leefstijl;
  • Preventie, of het nu gaat om (stille) armoede, gezondheid in de breedste zin, voor jong en oud;
  • Toegankelijkheid;
  • Normaliseren;
  • Aandacht voor inrichting leefomgeving en nieuwe wijken;
  • Voldoende voorzieningen in alle dorpen om de leefbaarheid op peil te houden;
  • Wonen en zorg; clusteren, andere woonvormen;
  • Bereikbare gezondheidszorg;
  • Versterken samenwerking, over grenzen heen kijken;
  • Begeleiding bieden bij zo regulier en duurzaam mogelijk werk;
  • Hanteren van de menselijke maat in de dienstverlening;
  • Zorgen voor een inclusieve arbeidsmarkt.

De input van onze partners is meegenomen in dit beleidskader.

4. Onze visie

4.1 Visie en missie

Belangrijke tekst: Visie: Iedereen kan (weer) meedoen. Niemand valt tussen wal en schip.

Dit is onze visie en laat zien waar we voor staan. Iedereen in Gemert-Bakel kan meedoen en zich ontwikkelen binnen zijn of haar mogelijkheden en aan de samenleving bijdragen. Dit heeft een positief effect op het welzijn en de gezondheid van mensen. Iedereen doet er toe, ongeacht leeftijd, genderidentiteit, beperking, cultuur en achtergrond.

Belangrijke tekst: Missie: Een zorgzame samenleving waarin men naar elkaar omkijkt. Regie over eigen leven en ondersteuning waar nodig.

Wat willen we bereiken? Een zorgzame samenleving in Gemert-Bakel, waarin het
vanzelfsprekend is dat we verantwoordelijkheid nemen voor ons eigen leven, we zoveel mogelijk zelf de touwtjes in handen (kunnen) houden en we ook graag iets voor elkaar willen betekenen.
Een samenleving waarin de gemeente mensen ondersteunt voor wie dit niet vanzelfsprekend is. We blijven zorg bieden aan de meest kwetsbare mensen in onze gemeente.

4.2 Uitgangspunten en werkwijze

De volgende vier uitgangspunten worden gehanteerd bij de uitvoering van de taken van de gemeente Gemert-Bakel:

  • Niemand valt tussen wal en schip;
  • De uitvoering vindt plaats binnen de taakstellende budgetten;
  • De dienstverlening aan de inwoners is vraaggericht en georganiseerd vanuit het gebiedsteam;
  • We werken samen in de dorpen met de wijkteams.

Binnen de gemeente Gemert-Bakel werken we, samen met onze partners, op de volgende manier:

Zo dichtbij mogelijk

Inwoner centraal; we werken vraaggericht

We richten als gemeente onze dienstverlening in vanuit de vraag van onze inwoners. Het gaat hier niet zozeer om de eerste vraag die gesteld wordt maar om de zogenaamde ‘vraag achter de vraag’ die de daadwerkelijke behoefte aan zelfregie en mogelijkheden van zelfredzaamheid van de inwoner aangeven. Inwoners weten vaak zelf het beste wat een mogelijke oplossing is voor hun probleem. Daarnaast zorgt het vraaggericht werken ook voor een gerichte effectieve aanpak. Doordat vragen en mogelijke oplossingen van onderop komen, worden deze ook gedragen door de inwoners en de betrokken organisaties.

Dorps- en wijkgerichte aanpak

In Gemert-Bakel werken we gebiedsgericht op de terreinen: wonen, participeren/werken, welzijn en zorg en veiligheid, verdeeld over de 7 dorpen in onze gemeente. De ervaring van de afgelopen jaren leert dat de uitvoering veel effectiever is als de vraag van inwoners om ondersteuning dichtbij de inwoner en kleinschalig wordt opgepakt. Daarnaast is dan veel minder ambtelijke en bestuurlijke bemoeienis nodig. Dit blijven we doen, op deze manier kunnen we problemen snel en adequaat aanpakken.

Dienstverlening staat voorop

Onze inzet is en blijft om alle vragen van inwoners op te pakken en op te lossen. We richten hier geen uitgebreid registratiesysteem voor in maar reageren adequaat op signalen om te voorkomen dat er vragen tussen de wal en het schip (dreigen te) vallen. Signalen worden direct opgepakt, ook als dit betekent dat professionals over de grenzen van hun eigen werk en organisatie moeten kijken. Professionals worden geacht zich verantwoordelijk te voelen voor de inwoner.

Preventief en integraal

Preventief

De uitdagingen waar we voor staan in de toekomst vragen om een meer preventievebenadering. Beter voorkomen, dan genezen.We bevorderen bijvoorbeeld een gezonde leefstijl om gezondheid te bevorderen, de
ziektelast te verminderen, bij te dragen aan veilig en kansrijk opgroeien waarbij op termijn de vraag naar zorg vermindert. Het voorkomen van het ontstaan van schulden, vroegsignalering, aanpak laaggeletterdheid, tegengaan van eenzaamheid, investeren in voorliggende voorzieningen, normaliseren en het stimuleren van bewegen en ontmoeten in de openbare ruimte hoort ook hierbij.

Integraal

We bekijken onze opgave integraal en zoeken elkaar op in de samenwerking met het informele en formele netwerk binnen het sociaal domein.
Daarnaast werken we nadrukkelijker samen met het fysieke domein om een betere samenhang tussen ruimtelijke en sociaal-maatschappelijke ontwikkelingen te bereiken.

Programmatisch werken


Stevige sociale basis


In 2023 is een start gemaakt met programmatisch werken binnen de gemeente. Er zijn vier programma’s opgezet, met voor ieder programma een programmaleider die sturing geeft aan het behalen van de doelen. Programma’s helpen ons om doelen te realiseren en veranderingen tot stand te brengen bij complexe opgaven. We zetten ze in om de doelen met de goede focus, energie, structuur en samenhang te benaderen. Vooral nu er grote opgaven op ons afkomen. Voor het sociaal domein zijn deze opgaven (in willekeurige volgorde):

  • Langer zelfstandig thuis wonen;
  • Versterken informele netwerk;
  • Positieve gezondheid;
  • Armoede neemt niet toe;
  • Brede welvaart en de schaalsprong;
  • Inclusieve samenleving.

Deze zes opgaven worden in het hoofdstuk hierna uitgewerkt binnen vier thema’s.
We kunnen deze opgaven als gemeente niet alleen oppakken, dat kan alleen samen. Om een stevige sociale basis te kunnen borgen in onze gemeente, trekken we met de inwoners van de dorpen en de gebruikers van voorzieningen op, om samen zaken mogelijk te blijven maken. Ook stemmen we af met onze partners en (georganiseerde) inwoners om te zorgen dat beleid en uitvoering afgestemd zijn op de behoeften en wensen in de dorpen en wijken.
Onze inwoners en hun leefomgeving zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De eigen kracht, het sociale netwerk van onze inwoners en een gemeenschap die voor elkaar zorgt, staat centraal.

5. Waar zetten we op in?

5. Waar zetten we op in? 

Aan de hand van vier thema’s wordt duidelijk waar we de komende periode op inzetten. Deze thema’s komen voort uit gesprekken met onze partners en de signalen vanuit inwoners, maar ook vanuit de overheid. Omdat het beleidskader overkoepelend over jaren heen werkt worden concrete doelen, cijfers en benodigde financiën verwerkt in de begroting. 

Thema 1: Preventie 

Voorkomen is beter dan genezen. Of het nu gaat om het stimuleren van een gezondere leefstijl, bevorderen dat er financiële hulp wordt gevraagd en geboden voordat er schulden ontstaan, ervoor zorgen dat mensen werk vinden en behouden, onze jeugd gezond en veilig kan opgroeien of een cursus valpreventie wanneer ouderen minder mobiel worden. Als we de zelfredzaamheid van inwoners hoog willen houden en de kosten in het sociaal domein beheersbaar, dan is preventief werken de beste optie. 

Jeugd

 We streven ernaar dat onze jeugd gezond en veilig kan opgroeien in onze gemeente. Dit doen we door een preventief jeugdbeleid, door in te zetten op de samenwerking met onderwijs, zorg te dragen voor begeleiding van school naar werk door samenwerking tussen Participatiewet, WMO en Jeugdwet, verbinding te maken naar domeinen zoals sport en cultuur. We organiseren een sluitend netwerk gericht op jongeren en gezinnen. De consulent jeugd is voor inwoners en professionals lokaal de toegang mochten er vragen of zorgen bestaan over het opgroeien van kinderen. In het lokale netwerk wordt er door de consulenten jeugd vanuit het gebiedsteam samengewerkt met huisartsen, jeugdartsen en wijkteams. Waar nodig wordt de verbinding met de veiligheidsketen gemaakt. Ook de komende jaren wordt ingezet op normalisering, dat het kind zo nabij mogelijk kan opgroeien, preventie waar mogelijk en inzet jeugdzorg waar nodig. Team jeugd is vanuit diverse expertises opgebouwd waardoor het team zelf hulp kan verlenen zonder dat een beschikking afgegeven hoeft te worden. Het team jeugd heeft zich versterkt met consulenten met een specialisme, o.a. autisme, en een gedragswetenschapper. Hulp wordt kort geboden waar kan, maar de consulent kan ook lang betrokken zijn als daar noodzaak toe is. Er wordt zoveel mogelijk binnen de bestaande structuren opgelost, maar waar dit onvoldoende soelaas biedt, wordt maatwerk geboden. Naast de lokale aanpak is er binnen jeugd een sterk geformaliseerde landelijke en regionale invloed op de uitvoering. We volgen de ontwikkelingen wat betreft de Hervormingsagenda Jeugd met als doel om deze te vertalen naar onze lokale situatie. Regionaal zijn we aangesloten bij de GR Peel, inkoopregio Een Tien voor de Jeugd en waar nodig werken we samen op het niveau van de regio van 21-voor-de-jeugd in Zuidoost Brabant. 

Jongerenwerk 

Het jongerenwerk maakt onderdeel uit van het gebiedsteam. De jongerenwerkers zijn vangnetwerkers; door een preventieve en actieve houding ten opzichte van de jongeren bouwen zij een unieke vertrouwensrelatie op. Daardoor pikt het jongerenwerk meer jongeren op die anders ‘onder de radar’ blijven of elders uit een zorgtraject zijn gevallen. Het jongerenwerk geeft deze signaleringsfunctie vorm met een vindplaatsgerichte, proactieve werkhouding. Daarnaast worden signalen tijdig gedeeld met andere professionals. Om breed te kunnen signaleren integreren we het jongerenwerk de komende jaren verder in het gebiedsteam. De jongerenwerkers werken conform een uitvoeringsplan opgedeeld in de onderdelen: 

  • ambulant werk; 
  • individuele begeleiding; 
  • accommodatiegericht werk; 
  • online jongerenwerk; 
  • educatie/ informeren van jongeren. 

Mede door COVID-19 is het tegen gaan van eenzaamheid onder jongeren een specifiek aandachtspunt. De jongerenwerker is de spil in het web om vanuit de jongere verbinding te maken naar alle partijen rondom de jongere. Daarnaast kan het jongerenwerk trends signaleren die aanleiding zijn om een thema collectiever op te pakken. De stichting dorpsondersteuning is uitgebreid met een dorpsondersteuner jeugd, welke specifiek op het gebied van jeugd de verbindingen maakt met het lokale informele netwerk en de vragen van inwoners. 

Lokaal Sport- en Preventieakkoord: Goed Bezig Gemert-Bakel 

Met het preventie-akkoord en beweegakkoord Goed Bezig Gemert-Bakel geven we inwoners de mogelijkheid te komen tot initiatieven die bijdragen aan de gezondheid en/of meer bewegen. Voor de nieuwe brede SPUK is een Gezond en Actief leven akkoord opgezet en geven we uitvoering aan de programma's die we hierin gezamenlijk oppakken. We leggen verbindingen op lokaal en regionaal niveau tussen partijen en interventies. Vanuit Goed Bezig Gemert-Bakel werken we aan de volgende thema’s: 

Meedoen in de samenleving; bewegen voor verschillende doelgroepen 

  • Tegengaan eenzaamheid; 
  • Sociale cohesie, verbinding en lokale samenwerking; 
  • School en sport meer verbinden; 
  • Een duurzame infrastructuur met vitale sportaanbieders 
  • Gezonde voeding en bewegen; 
  • Preventie van roken, alcohol en andere drugs; 
  • Weerbaarheid; 
  • Gezonde leefomgeving. 
Vroegsignalering van financiële problemen 

Inflatie, hoge energieprijzen, dure boodschappen, we hebben er allemaal mee te maken. Meer huishoudens raken hierdoor echter in de financiële problemen. Met name bijstandsgerechtigden met kinderen komen iedere maand een flink bedrag tekort. We zetten in op toeleiding naar werk, vanuit de overtuiging dat juist werk kan bijdragen aan een stabiele financiële situatie en het oplossen of voorkomen van schulden.Er zijn ook inwoners die financieel in de knel kunnen komen, die we niet voldoende in beeld hebben als gemeente. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om werkende armen, ouderen met alleen een AOW of een onvolledig AOW en jongeren. Zij zijn ook minder bekend met de gemeentelijke voorzieningen of weten de weg daartoe niet. Daarnaast schamen mensen zich over geldproblemen en vragen te laat om hulp. Het is daarom van belang dat mensen tijdig een oplossing zoeken wanneer zij niet meer rond kunnen komen. Omdat niet iedereen dit zelf kan, moet er oog zijn voor preventie en vroegsignalering. Met onze dorps- en wijkgerichte aanpak worden deze signalen snel opgepakt en samen met onze maatschappelijke partners, waaronder Lumens, Senzer, Goed Wonen, huurdersbelangen, ZCG en KBO zetten we onze activiteiten de komende jaren voort. We zetten in op specifieke doelgroepen, zoals jeugd en jongeren, laaggeletterden en statushouders en op vroegsignalering bij betalingsachterstanden in huur, energie, water en zorgkosten en we bieden budgetcoaching en inkomensbeheer in de vorm van bewindvoering of budgetbeheer. Aanvullend gaan we de komende jaren budgetcursussen organiseren om de financiële zelfredzaamheid van alle inwoners te verbeteren, hiermee zijn we ook meer zichtbaar en zorgen we dat inwoners die het nodig hebben ons weten te vinden. 

Gezond en actief leven 

Graag zien we dat inwoners uit Gemert-Bakel gezond en vitaal zijn, zowel fysiek als mentaal. Samen zorgen we voor de randvoorwaarden waardoor inwoners gezonde keuzes maken voor zichzelf en anderen. Een stevige sociale basis is een voorwaarde om te kunnen werken aan de doelen van het GALA. De interventies uit het GALA zorgen ervoor dat kinderen kunnen opgroeien in een kansrijke omgeving en er aandacht is voor kansengelijkheid want armoede, schulden, problemen rondom huisvesting en/of leefomgeving, eenzaamheid, een beperking, werkloosheid en/of geen zinvolle dagbesteding hebben allemaal invloed op hoe (mentaal) gezond je ben en hoe fit je je voelt. Een gezonde leefstijl is daarin belangrijk en wordt gestimuleerd via onder andere de projecten binnen het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). De recent gestarte JOGG-aanpak in Bakel of het project één tegen eenzaamheid zijn hier slechts enkele voorbeelden van. Vanuit het regionale Integrale Zorg Akkoord (IZA) is een regiobeeld gemaakt en wordt er gewerkt aan een regionale preventie infrastructuur samen met de stuurgroep Peel duurzaam gezond en de GGD. We werken daarbij samen aan de volgende aanpakken; valpreventie, kansrijke start, welzijn op recept, kind naar gezond gewicht en gecombineerde leefstijlinterventies. 

Thema 2: Meedoen 

Iedereen in Gemert-Bakel kan meedoen en zich ontwikkelen binnen zijn of haar mogelijkheden en aan de samenleving bijdragen. Iedereen doet er toe, ongeacht leeftijd, genderidentiteit, beperking, cultuur en achtergrond. Iedereen doet mee. Dit is niet vanzelfsprekend voor een deel van de inwoners van Gemert-Bakel en daarom bieden we ondersteuning waar nodig. 

Inclusie 

Sinds 2016 geldt het VN-verdrag handicap in Nederland. De bedoeling van dit verdrag is dat het de positie van mensen met een beperking verbetert. Hierin staat dat mensen met een beperking recht hebben op dezelfde kansen in de samenleving als ieder ander. Daarom zijn er merkbaar minder drempels in de samenleving nodig waardoor mensen kunnen leven zoals ze dat zelf willen. We willen dat alle inwoners zich thuis voelen, vanuit de gedachte dat we een gastvrije en inclusieve gemeente willen zijn. Natuurlijk ook voor de mensen die met een beperking leven. Hierbij gaat het niet alleen over mensen met een zichtbare fysieke beperking, met rollator of rolstoel, maar ook over mensen met beperkingen die minder zichtbaar zijn. Een eerste stap is gezet met de ‘Ongehinderd app’, hier kun je zien welke plekken toegankelijk zijn met een rolstoel en bijvoorbeeld ook waar openbare toiletten zijn in de gemeente. Ook in bouwprojecten en nieuwe woonwijken is aandacht voor de verbetering van de toegankelijkheid in de gebouwen maar ook in de leefomgeving. Hierin werken we samen met het fysieke domein. Een eerste stap naar een inclusieve gemeente is gezet, door o.a. te starten met een toegankelijk centrum en het project dementievriendelijke gemeente maar er is nog meer nodig. Door bewustwording binnen en buiten de gemeentelijke organisatie zal het beleid steeds inclusiever worden. Het is daarom nodig dat de inclusieagenda verder wordt opgesteld, te werken aan bewustwording en een toegankelijke toegang met aandacht voor de structurele en duurzame inzet van ervaringsdeskundigen. 

Laaggeletterdheid 

In Gemert-Bakel is het percentage laaggeletterdheid van de beroepsbevolking 17%, landelijk is dat 12%. Van deze groep heeft 65% Nederlands als moedertaal. Dat betekent dat alleen al in onze gemeente ongeveer 3365 personen niet voldoende taalvaardig zijn om volwaardig mee te kunnen doen. Om ervoor te zorgen dat ook deze groep mee kan doen investeren we in de aanpak van laaggeletterdheid. Op het moment dat een inwoner over voldoende basisvaardigheden beschikt, komt hij/zij minder snel in armoede en is beter in staat om daar zelfstandig uit te komen, heeft een betere gezondheid, kan hij/zij haar kinderen beter begeleiden en daarmee de cyclus van laaggeletterdheid doorbreken. We werken hierin nauw samen met de Taalhuispartners (Bibliotheek de Lage Beemden, ROC, Stichting Lezen & Schrijven en Lumens). Het meerjarenplan laaggeletterdheid loopt eind 2024 af. In 2024 wordt een nieuw meerjarenplan voorbereid en voor financiering voorgelegd aan de raad. 

De Bibliotheek heeft al jaren een brede maatschappelijke functie waarbij zij naast haar klassieke functie (uitlenen van boeken), zich ook op diverse maatschappelijke beleidsterreinen begeeft. Zo is de bibliotheek als penvoerder en kartrekker een belangrijke partner in het taalhuis en bij de aanpak van laaggeletterdheid en armoede. Ook heeft de bibliotheek in de afgelopen jaren samen met het primair onderwijs op vrijwel iedere basisschool een bibliotheek op school gerealiseerd en wordt al vanaf 2012 het project Boekstart (o.a. leesbevordering van 0 tot 2 jarigen, boekstartcoaching, en andere lees bevorderende interventies) uitgevoerd. Naast de lees- en schrijfbevordering beschikt de bibliotheek over een “Informatiepunt Digitale Overheid” (IDO), wat ervoor zorgt dat inwoners ook digitaal aangehaakt blijven. 

Participatiewet 

Het doel van de participatiewet is om iedereen met een arbeidsvermogen naar (regulier) werk te leiden en om inwoners die daar niet toe in staat zijn te voorzien van een inkomen. Senzer voert dit uit voor onze gemeente. Zij zorgen voor: 

  • Inkomensondersteuning, voor financiële zekerheid en stabiliteit; 
  • Duurzame (arbeids-)participatie, werk vinden en behouden; 
  • Leerwerkinfrastructuur, voor inwoners met grote afstand tot de arbeidsmarkt.

Senzer voert een groot deel van haar taken uit vanuit het gebiedsteam sociaal domein en werkt waar nodig nauw samen met professionals binnen het gebiedsteam ten behoeve van het doelmatig verstrekken van een uitkering en het succesvol re-integreren van inwoners op de arbeidsmarkt. Het Rijk is bezig met een herziening van de Participatiewet aan de hand van verschillende sporen en langs de lijnen van vertrouwen, menselijke maat, eenvoud en aantrekkelijker maken van inclusief werk en werkgeverschap. Ook zijn er door het Rijk ontwikkelingen aangekondigd op het gebied van werkgeversservicepunten en regionale werkcentra en een uitbreiding van de doelgroep banenafspraak. Deze en andere ontwikkelingen zijn verwerkt in het Meerjarenplan Dienstverlening 2025-2028 ‘Mensgerichte Dienstverlening en integrale regionale samenwerking’. Daarin wordt de focus voor de komende jaren gelegd op werk vanuit een bredere kijk op participatie, op een dienstverlening die is gericht op het verbeteren van bestaanszekerheid en de mogelijkheid te participeren en is afgestemd op de behoeftes van de klant en op investering in integrale en regionale samenwerking in het brede sociale domein en de arbeidsmarktregio. 

Social Return On Investment 

Samen met de zeven gemeenten in de Arbeidsmarktregio Helmond-De Peel is er vanaf 1 januari 2024 nieuw beleid rondom Social Return on Investment (SROI). Doel is nog meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een mogelijkheid bieden om te participeren op de arbeidsmarkt en daarmee een meer inclusieve arbeidsmarkt te realiseren. De regionale uitvoering van dat beleid is belegd bij een onafhankelijk regionaal servicepunt, dit bureau gaat de gemeente ontzorgen. 

Armoede 

Het is belangrijk dat inwoners niet onder het sociaal minimum komen zodat zij volwaardig mee kunnen doen in de samenleving. In de vorige beleidsperiode was er een apart armoedebeleid opgesteld. Voor de komende beleidsperiode volstaat het om dit mee te nemen in dit beleidskader Sociaal Domein. De ambities zoals die waren geformuleerd in het armoedebeleid 2019-2022, zijn met succes opgepakt. Samen met de vijf peelgemeenten zijn de beleidsregels Bijzondere Bijstand geharmoniseerd en gedereguleerd. Er is een aantal minimaregelingen geharmoniseerd. Voor de regeling Maatschappelijke Participatie en de Individuele Inkomenstoeslag is vanaf 1 januari 2024 de inkomensnorm in de hele peelregio vastgelegd op 120% van de bijstandsnorm. Inwoners kunnen vanaf die datum de Individuele inkomenstoeslag ook veel eerder aanvragen. Als er recht is op deze toeslag en er zijn kinderen in het gezin dan is er mogelijk ook recht op een gezinstoeslag en een extra kindtoeslag voor kinderen tussen de 12 en 18 jaar. In de komende beleidsperiode onderzoeken we of de inkomensnorm van 120% ook toegepast kan worden op de Bijzondere Bijstand, de bijdrage aan de kosten voor kinderopvang aan ouders met een Sociaal Medische Indicatie kinderopvang (SMI) en het bepalen van de eigen bijdrage WMO. Onze inwoners weten ons te vinden voor ondersteuning wanneer dat nodig is. We informeren onze inwoners over de minimaregelingen en voorzieningen, via een minimafolder en het verstrekken van een inkomensverklaring en zorgen voor een zichtbaar en toegankelijk loket voor financiële hulp en informatie over en ondersteuning bij de aanvraag van minimavoorzieningen. 18 We blijven met onze maatschappelijke partners in gesprek om de beschikbare voorzieningen nog beter onder de aandacht te brengen onder kwetsbare groepen. Een aantal minimavoorzieningen die we (laten) uitvoeren zijn: 

  • Collectieve Aanvullende Verzekering (CAV), beter bekend als de gemeentepolis; 
  • Bijzondere Bijstand; 
  • Regeling Maatschappelijke Participatie; 
  • Individuele Inkomenstoeslag; 
  • Kwijtschelding gemeentelijke belastingen; 
  • Pas Vooruit, voor mensen in broodnood. 

Ook blijft er aandacht voor inwoners die hulp nodig hebben naar aanleiding van de kinderopvangtoeslagaffaire en verstrekken we de Landelijk Eenmalige Energietoeslag. Om meer kinderen te bereiken die opgroeien in gezinnen met een laag inkomen subsidiëren we Stichting Leergeld. Zij zorgen ervoor dat deze kinderen ook mee kunnen doen aan onderwijs, sport en maatschappelijke activiteiten. Sinds 2021 verstrekt Stichting Leergeld ook winter- en zomer kledingpassen aan kinderen die opgroeien in gezinnen in armoede. Daarvoor is door de gemeente extra geld beschikbaar gesteld. We faciliteren de Taskforce Kinderen in Armoede (KIA), een samenwerkingsverband van Leergeld, Goed Wonen, maatschappelijke partners uit het onderwijs, kinderopvang, hulpverlening, Taalhuis, bedrijfsleven en gemeente met datzelfde doel. Sinds 2021 is er ook een gemeentelijk steunfonds. Dit steunfonds is bedoeld voor inwoners die niet in hun eigen onderhoud kunnen voorzien en geen aanspraak kunnen maken op voorliggende voorzieningen en daarmee tussen wal en schip vallen. Met het steunfonds kunnen we in voorkomende schrijnende situaties deze inwoners dan toch een maatwerkoplossing bieden. 

Integrale Schuldhulpverlening 

Met integrale schuldhulpverlening bieden we een samenhangend hulpaanbod van preventie (zie thema 1: Preventie) tot en met nazorg, met als doel zowel financiële problemen op te lossen, als ook de onderliggende oorzaken. Doel is dat onze inwoners schuldenvrij leven en problematische schulden worden voorkomen, zodat zij naar vermogen mee kunnen doen. Voor particulieren doen we dit in samenwerking met de GR Peelgemeenten. Voor ondernemers doen we dit in samenwerking met de GR Senzer. Met de 5 Peelgemeenten hebben we een Beleidsplan integrale schuldhulpverlening Peelgemeenten 2024-2027 opgesteld. Daarvoor verwijzen wij u naar bijlage 3. Dit beleidsplan wordt tegelijk met dit beleidskader vastgesteld in de raad. 

Cultuur 

Het deelnemen aan culturele activiteiten draagt onder andere bij aan verbinding, welzijn en zelfontwikkeling. Gemert-Bakel stimuleert op verschillende vlakken de ontwikkeling en bevordering van kunsten cultuur in onze gemeente waarbij we een rijke traditie hebben van vrijwilligersorganisaties, verenigingen en cultuurmakers die zich op van allerlei vlakken bezighouden met kunst en/of cultuur. We bevorderen cultureel ondernemerschap, cultureel erfgoed en stimuleren samenwerking tussen culturele partners door middel van het verstrekken van financiële middelen aan verenigingen en organisaties. Eind 2023 is een start gemaakt met het cultuurbeleid. Uitgangspunten hierbij zijn dat cultuur verbindt, cultuur toegankelijk moet zijn voor iedereen, cultuur bijdraagt aan gezondheid en welzijn en er ruimte is voor culturele (talent)ontwikkeling en ontplooiing voor iedereen. Het opstellen van cultuurbeleid doen we samen met de partners in het culture veld van Gemert-Bakel zodat het een breed gedragen visie wordt. 

Thema 3: Langer zelfstandig thuis wonen 

Tot 2030 komen er ruim 900 75-plussers bij in de gemeente Gemert-Bakel. Ouderen die veelal enige vorm van zorg en ondersteuning nodig hebben om zo lang mogelijk thuis te kunnen blijven wonen. Daarnaast zijn er ook andere inwoners, zoals kwetsbare jongeren, mensen met psychische of psychische problemen of een verstandelijke of lichamelijke beperking die ondersteuning nodig hebben om thuis te kunnen blijven wonen. Krapte op de woning- en arbeidsmarkt vraagt wat van de ondersteuning vanuit de Wmo en bewustwording onder inwoners om op tijd te denken aan een woningaanpassing of een verhuizing. Daarnaast vraagt het ook om een andere inrichting van de openbare ruimte en andere manieren van zorg. Daarbij is een nieuwe norm geformuleerd: zelf als het kan, thuis als het kan en digitaal als het kan. 

Wmo 

De gemeente voert de Wmo uit om het mogelijk te maken dat mensen langer thuis kunnen blijven wonen en mee kunnen blijven doen in de maatschappij. In dat kader is zij verantwoordelijk voor de uitvoering van huishoudelijke ondersteuning, het collectief vraagafhankelijk vervoer, woningaanpassingen en de verstrekking van hulpmiddelen. Ook individuele begeleiding en dagbesteding zorgen ervoor dat iemand (langer) zelfstandig kan blijven wonen. De uitvoering en dienstverlening van deze taken vindt lokaal plaats zodat de inwoner met alle hulpvragen ook lokaal terecht kan. Wmo-consulenten maken deel uit van het gebiedsteam in Gemert-Bakel en zijn op locatie dicht bij de inwoners werkzaam. Zij kennen het lokaal netwerk en voeren hun taken in nauwe samenwerking met de dorpsondersteuners uit. De Wmo-consulenten zijn in dienst van de regionale uitvoeringsorganisatie GR Peelgemeenten, die de lokale uitvoering faciliteert en ondersteunt met het werkgeverschap, beleidsvorming, administratieve ondersteuning en contractbeheer. De komende jaren zetten we de uitvoering voort en blijven we de focus leggen op preventie, eigen kracht en vrijwillige inzet waar mogelijk en een maatwerkvoorziening waar nodig. We zetten in op nog meer bewustwording van onze inwoners van de eigen verantwoordelijkheid voor hun leefsituatie. Zo verwachten wij van iedereen dat zij waar mogelijk tijdig de nodige maatregelen nemen, zoals het aanpassen van een badkamer of verhuizen naar een gelijkvloerse woning, om ook als ze ouder worden thuis te kunnen blijven wonen. We ondersteunen en faciliteren initiatieven die dit mogelijk maken. Daarnaast is er een aantal landelijke en lokale ontwikkelingen waar we op inspelen. Gezien de krapte op de woningmarkt hebben we met Goed Wonen afstemming over het vrijkomen van bestaande aangepaste woningen, zodat deze beschikbaar zijn en blijven voor de doelgroep van de Wmo. Mensen met psychische/psychosociale problemen of verstandelijke beperking kunnen vaak hulp gebruiken bij het zelfstandig wonen. Vanuit de Wmo kan individuele begeleiding of dagbesteding dan een uitkomst bieden. Groepsbegeleiding is vooral gericht op dagstructurering, ontlasting van mantelzorg en het voorkomen van (crisis)opname. Individuele begeleiding biedt hulp bij alle praktische dagelijkse werkzaamheden om de zelfredzaamheid en participatie te verbeteren. Ook hier geldt dat eerst gekeken wordt naar wat iemand zelf nog kan eventueel met behulp van zijn of haar sociaal netwerk en of hij gebruik kan maken van voorliggende /algemene voorzieningen. 

Wmo Beschermd wonen 

Per 1 januari 2022 is een start gemaakt met de inhoudelijke doordecentralisatie van Beschermd wonen. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van Beschermd wonen is verschoven van de centrumgemeenten naar alle gemeenten. De invoering van het woonplaatsbeginsel en het nieuwe verdeelmodel voor beschermd wonen zijn wederom uitgesteld. De nieuwe streefdatum wordt 1 januari 2025. Om de transformatie goed vorm te geven is landelijk onderkend dat regionale samenwerking hierbij een voorwaarde is. Voor de uitvoering van de diensten Beschermd Wonen maar ook de Maatschappelijke Opvang en de 20 Vrouwenopvang hebben de Peelgemeenten afspraken gemaakt met de gemeente Helmond. We vormen één regio en geven met elkaar inhoud aan de opdracht en verantwoordelijkheid om de zorg en ondersteuning rondom Beschermd wonen voor onze inwoners zo optimaal mogelijk te organiseren. Hiermee, maar ook met de verdere extramuralisering gaan we de komende jaren aan de slag. Om extramuralisering mogelijk te maken is een stevige lokale ondersteuningsstructuur onmisbaar. Mogelijk dat dit deels past binnen al bestaande initiatieven, maar naar verwachting zal er ook een doorontwikkeling plaats moeten vinden om bestaande initiatieven toegankelijk te maken voor deze doelgroep. Daarnaast is het organiseren van een goede lokale toegang belangrijk, zodat de drempel voor hulp vragen laag is en betrokken medewerkers over kennis en expertise beschikken. Hierbij is een intensieve samenwerking tussen de toegang vanuit de lokale gemeente met de gemeente Helmond als indicatiesteller essentieel. De komende jaren investeren we in een verdere intensivering van deze samenwerking waarbij gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de cliënt en kennisdeling centraal staan. Ook zal het woonplaatsbeginsel nog nader worden uitgewerkt en geïmplementeerd in het toegangsproces. Krapte op de woningmarkt bemoeilijkt het snel vinden van een passende woonruimte. Met als gevolg dat door- en uitstroom Beschermd Wonen stagneert. Belangrijk is dat mensen uit kunnen stromen naar hun wensgemeente. Hiermee bedoelen we dat mensen kunnen gaan wonen in de gemeente waar kans op duurzaam herstel het grootst is. De gemeente heeft een verantwoordelijkheid in het hebben van voldoende betaalbare woonvarianten voor deze doelgroep en investeert hierop door prestatieafspraken te maken met de woningcorporatie. Ook is inzicht in de uitstroomcijfers en herkomstgemeente van belang. 

Innovatie (e-health) 

Als we langer zelfstandig thuis moeten blijven wonen, ontkomen we niet aan innovatieve en digitale toepassingen in de zorg. De krapte op de arbeidsmarkt maakt ook dat deze beweging nodig is. Binnen Peel Duurzaam Gezond zijn diverse grote zorgpartijen in de regio bezig met deze innovaties, zoals alarmeringen en gezondheidsapps. 

Voorliggende voorzieningen dagbesteding 

We ondersteunen en faciliteren lokale voorzieningen die laagdrempelig toegankelijk zijn voor alle inwoners van Gemert-Bakel die behoefte hebben aan een daginvulling zoals de Vrije Verbinding, de Ont-moeting en de Boulevard. Dit zijn initiatieven waar, met inzet van vrijwilligers inwoners tegen een kleine vergoeding terecht kunnen om zinvol en op een leuke manier de dag door te brengen en die bijdrage aan het voorkomen of uitstellen van een Wmo-indicatie.

Sociaal loket 

Het Sociaal loket is een fysiek inlooppunt, waar volwassenen (18+) laagdrempelig en zonder indicatie terecht kunnen voor ondersteuning bij lichte hulpvragen op verschillende leefgebieden. De insteek van het Sociaal loket is om laagdrempelig en directe toegang tot hulp te bieden voor inwoners binnen Gemert-Bakel. Op deze manier dragen we eraan bij dat het risico op zwaardere en intensievere ondersteuning op langere termijn voorkomen kan worden en Wmo-indicaties worden uitgesteld of voorkomen. Het Sociaal loket kan tevens een vangnetfunctie hebben voor inwoners die in het verleden begeleiding hebben ontvangen vanuit de Wmo maar deze afgerond hebben. Mocht er dan in de toekomst toch een begeleidings-/hulpvraag komen dan kunnen deze inwoners ook bij het Sociaal loket terecht in plaats van een nieuwe indicatie aan te vragen. 

Woon(zorg)visie 

In 2024 is een integrale woon(zorg)visie opgesteld waar onder andere de woonzorgbehoefte in kaart wordt gebracht voor de gemeente en waar we als gemeente op in zetten. In de woon(zorg)visie wordt tevens de basis gelegd voor verdere prestatieafspraken en/of een toekomstbestendig uitvoeringsprogramma waarin concreet is vastgelegd welke plannen wanneer worden uitgevoerd om o.a. te voorzien in wonen, zorg en welzijn voor ouderen en andere kwetsbare doelgroepen in Gemert-Bakel. De uitkomsten uit de woon(zorg)visie krijgen een plek in de prestatieafspraken met Goed Wonen (woningcorporatie). We werken daarnaast ook samen met andere partners, zoals de Zorgboog, Zorgcollectief Gemert en maken waar nodig ook afspraken met deze partners. 

Openbare ruimte 

Een openbare ruimte met voldoende ruimte voor groen, ruimte om te spelen, te ontmoeten en te bewegen. Dit alles zorgt ervoor dat inwoners gezonder blijven en gaat eenzaamheid tegen. De openbare ruimte moet toegankelijk zijn, zodat inwoners langer in hun eigen omgeving kunnen blijven wonen. We leveren hierin een bijdrage aan bijvoorbeeld nieuwe ruimtelijke plannen, gebiedsontwikkelingen en de omgevingsvisie.

Thema 4: Versterken (in)formeel netwerk 

De dorpsondersteuners zijn de coördinerende en ondersteunende sleutelfiguren uit de dorpen of wijken in Gemert-Bakel. Ze gaan in gesprek met de inwoner die een ondersteuningsvraag heeft en samen zoeken zij naar een oplossing in de buurt. Ook hebben zij een makelaarsfunctie in het leggen van verbindingen binnen het persoonlijk sociaal netwerk, tussen vrijwilligersorganisaties en wijzen zij inwoners op collectieve voorzieningen. Ze maken de verbinding tussen het formele en het informele netwerk en verwijzen inwoners als dat nodig is. De dorpsondersteuners zijn een onmisbare schakel tussen het formele en het informele netwerk, het is dan ook van belang dat we het (in)formele netwerk verstevigen zodat het dorps- en wijkgerichte werken goed blijft functioneren. Daarnaast stimuleren we een vitaal verenigingsleven, burgerinitiatieven en betrokkenheid van alle inwoners. We willen dat inwoners mee blijven doen en dat ze voor elkaar iets willen betekenen. 

Digitaal dorpsplein mét sociale kaart 

In onze gemeente gebeurt enorm veel. Inwoners organiseren activiteiten, bieden diensten en spullen aan en vragen elkaar om hulp. Ook zijn er allerlei voorzieningen waar iedereen gebruik van kan maken. Jammer genoeg weten veel mensen nog niet wat er allemaal mogelijk is en waar zij terecht kunnen met hun vragen. Om inwoners, verenigingen, organisaties en gemeente dichter bij elkaar te brengen, maken we alles wat onze buurten te bieden hebben, zichtbaar via één online community platform mét sociale kaart: Onsgemertbakel.nl. Deze website voor en door alle inwoners, organisaties en ondernemers uit Gemert-Bakel beoogt dat zij elkaar beter vinden en met elkaar verbinden. De gemeente faciliteert een heel netwerk van betrokkenen om de website te vullen, in te richten en te beheren. De sociale kaart valt wel onder de verantwoordelijkheid van de gemeente en wordt beheerd door Bibliotheek de Lage Beemden. 

Structurele communicatie 

Inwoners van Gemert-Bakel moeten kunnen weten dat er hulp op het gebied van ondersteuning en zorg is, op welke manier ze daar toegang toe hebben en waar het te vinden is. Structurele communicatie om inwoners te informeren hierover vindt plaats via de gemeentelijke website, Onsgemertbakel.nl, de socials van de gemeente (facebook en instagram), berichtgeving in het Gemerts Nieuwsblad en foldermateriaal. 

Burgerparticipatie 

Een algemene trend is dat we meer en vaker bewoners, vrijwilligersorganisaties en initiatieven (willen) betrekken bij het opstellen van beleid omdat vrijwilligers en actieve burgers bij de uitvoering een rol hebben én we soms zelfs afhankelijk zijn van hun betrokkenheid bij de uitvoering. Daarnaast levert die samenwerking informatie op over wat leeft en speelt in de samenleving. We zetten in op het faciliteren, ondersteunen en waarderen van de lokale vrijwillige inzet. Daarnaast zullen we deze beleidsperiode met elkaar de rollen en verhouding gemeente / vrijwilligers(organisaties) helder formuleren gericht op de ondersteuning en samenwerking met vrijwilligersorganisaties voor het bereiken van specifieke maatschappelijke doelen. We willen een participatieve gemeente zijn. 

Mantelzorgers 

Mantelzorgers leveren een belangrijke bijdrage in de zorg aan anderen. Dankzij mantelzorgers kan de persoon die zorg krijgt vaak thuis blijven wonen en mee blijven doen. Voor sommige mantelzorgers dreigt overbelasting. In Gemert-Bakel hechten wij dan ook veel belang aan mantelzorgondersteuning en -waardering.     

Steunpunt mantelzorg en mantelzorgwaardering 

Bij het steunpunt mantelzorg van het Zorgcollectief Gemert kunnen mantelzorgers terecht voor informatie en advies, een luisterend oor en contact met andere mantelzorgers. Ook zorgen zij jaarlijks voor de uitreiking van de mantelzorgwaardering.   De gemeente Gemert-Bakel waardeert haar mantelzorgers elk jaar met een waardebon en een gezellige middag die door het steunpunt en de dorpsondersteuners wordt georganiseerd. Bij de overgang van het steunpunt naar het Zorgcollectief Gemert heeft de nadruk vooral gelegen op het opnieuw opbouwen van een bestand aan mantelzorgers, het vergroten van de bekendheid en het bereik van het steunpunt en de uitvoering van de mantelzorgwaardering. Nu dit goed staat, wordt de uitvoering van de waardering de komende jaren voortgezet en kan daarnaast meer aandacht worden besteed aan de ondersteuning van mantelzorgers en preventie.     

Ondersteuning mantelzorgers  

Dorpsondersteuners zijn voor de mantelzorgers vooral het eerste aanspreekpunt om de ondersteuning in het eigen netwerk in de nabijheid goed te organiseren. Een goede samenwerking tussen dorpsondersteuners en het steunpunt mantelzorg is daarom erg belangrijk. Subsidie door de gemeente van het steunpunt vindt dan ook plaats via de Stichting Dorpsondersteuning, werkgever van de dorpsondersteuners, om deze verbinding te borgen en de ondersteuning te verstevigen.    

Sociaal netwerk 

Een goed sociaal netwerk draagt bij aan de zelfredzaamheid en participatie van mensen. Zonder zo'n netwerk is het moeilijk de zorg vol te houden. Het steunpunt kan zowel zorgvragers als mantelzorgers helpen om dit netwerk in beeld te krijgen en te versterken. Zij hebben hiervoor een zorgkaart ontwikkeld. Daarnaast zetten zij zich samen met de dorpsondersteuners in om inwoners, nog voordat zij zorg nodig hebben, bewust te maken van een goed sociaal netwerk of hier al over na te denken. Uitgangspunt is dat hulp in de eerste plaats geboden wordt in het sociale netwerk en vrijwilligers of professionals waar nodig ondersteuning kunnen bieden.  

Vrijwilligersbeleid 

Het is steeds moeilijker om vrijwilligers te vinden en te behouden. Niet alleen professionele instellingen lopen hier tegenaan, maar ook vrijwilligersorganisaties en verenigingen. De manier waarop en waarom vrijwilligers het vrijwilligerswerk willen doen verandert. Er wordt gemerkt dat zij andere behoeftes hebben hierin. In 2024 wordt een nieuw vrijwilligersbeleid opgesteld, die inspeelt op deze veranderende behoefte. We werken hierin samen met zowel professionele instellingen als maatschappelijke organisaties. 

Samenwerking formeel netwerk 

We zetten in op de doorontwikkeling van de wijkteams en versterken de samenwerking met onze maatschappelijke partners. We weten elkaar beter te vinden, over onze grenzen heen te kijken en zo de inwoner betere hulp of ondersteuning te bieden.

6. Wat doen we nog meer?

6. Wat doen we nog meer? 

Naast de in hoofdstuk 5 beschreven thema’s waar we de komende periode op inzetten is er binnen het sociaal domein meer te doen. Het sociaal domein werkt ook aan onderwijs en onderwijshuisvesting, multifunctionele accommodaties (MFA’s), subsidies, zorg en veiligheid, sport en op het gebied van wonen en gezondheid en veehouderij. Daar waar het beleidskader onvoldoende dekking geeft, zijn de uitvoeringsprogramma’s leidend. 

6.1 Onderwijs en onderwijshuisvesting 

Onderwijs 

De samenwerking met onze onderwijspartners in het primair en voortgezet onderwijs is ontzettend belangrijk. Onderwijs is immers de basis voor de toekomst en kinderen brengen veel tijd door op school waardoor het de plek dient te zijn waar kinderen zich thuis voelen en ondersteund worden waar nodig. De samenwerking met onze lokale onderwijspartijen is uitgewerkt in een Lokaal Educatieve Agenda (LEA), welke in 2024 wordt herijkt. Deze agenda bestaat uit een lijst van acties gericht op de leeftijd van 0 tot 18 jaar. Denk hierbij aan het versterken van de zorgstructuur, voorlichting over middelengebruik, talentontwikkeling richting sport en/of cultuur. We sluiten bijvoorbeeld aan bij de regionale aanpak SKIP, om uitvoering te geven aan het plan rondom preventie alcohol- en drugsgebruik. Bij elke actie is samenwerking tussen gemeente, onderwijs en eventueel andere partijen zoals kinderopvang, jongerenwerk, bibliotheek etc. gemaakt. Over de Lokaal Educatieve Agenda vindt op zowel uitvoerend als bestuurlijk niveau overleg plaats. Doel is dat gemeente en onderwijs elkaar versterken vanuit ieders rol. 

De komende jaren wordt ingezet op: 

  • Stimuleren dat kinderen zo dichtbij mogelijk onderwijs kunnen volgen;
  • Stimuleren dat kinderen hun talenten kunnen ontwikkelen door naast onderwijs de verbinding te maken naar bijvoorbeeld cultuur en/of sport; 
  • Een sluitende samenwerking tussen onderwijs en (jeugd)zorg borgen; 
  • Een sluitende aanpak van school naar duurzaam werk realiseren (wetsvoorstel);
  • Team jeugd sluit aan op de zorgstructuur van het onderwijs in het primair en voortgezet onderwijs; 
  • Nauwere aansluiting van de leerplichtambtenaar op het gebiedsteam; 
  • Dat de samenwerking tussen gemeente en onderwijs dermate flexibel is dat er ruimte is voor het oppakken van actuele vraagstukken zoals armoede, duurzaamheid etc.; 
  • Lokaal samen optrekken in verbinding met het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO en VO en RMC. 
Doorgaande leerlijn en voor- en vroegschoolse educatie (vve) 

De doorgaande leerlijn start vanaf de peutertijd en loopt door tot en met het voortgezet (beroeps)onderwijs. Belangrijke schakels daarin zijn de aansluiting van peuterwerk op het primair onderwijs en de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. 

De gemeente heeft een wettelijke taak om peuterwerk voor alle peuters en voor- en vroegschoolse educatie te realiseren vanuit het onderwijsachterstandenbeleid. In de eerste 1000 dagen van een kind wordt de basis gelegd voor een gezonde start waarin ontwikkeling voor het kind mogelijk is. In de realisatie van het peuterwerk en vve werkt de gemeente samen met kinderopvang, consultatiebureau, onderwijs en bibliotheek. Doel is dat er gelijke kansen zijn voor alle kinderen zo thuisnabij mogelijk. Dit kan vanuit de jongste jaren doorgetrokken worden naar de leeftijd van 18 jaar. De gemeente heeft hierin een stimulerende rol door bijvoorbeeld gespecialiseerde kinderopvang te borgen, peuterkleutergroepen mogelijk te maken en te investeren in bijvoorbeeld een syntheseklas om de overgang van po naar vo te vergemakkelijken. 

Onderwijshuisvesting 

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de huisvesting van scholen in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs. Deze verantwoordelijkheid is uitgewerkt in de verordening onderwijshuisvesting. Onderwijshuisvesting is faciliterend aan het onderwijs. De gemeente kan met onderwijshuisvesting ontwikkelingen stimuleren zoals het belang van de doorgaande leerlijn door in gebouwen een combinatie van kinderopvang en onderwijs mogelijk te maken, het behouden van speciaal onderwijs en een gevarieerd onderwijsaanbod behouden. De afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in onderwijshuisvesting in de kleine kernen met als streven het behoud van onderwijs in de dorpen. Dat doel blijft ook de komende jaren belangrijk. In 2024 is er, in samenwerking met de schoolbesturen, een nieuw integraal huisvestingsplan (IHP) opgesteld. Dit om samen toe te werken naar toekomstbestendige huisvesting met realistische doelen voor elke partij. De komende jaren zetten we in op: 

  • Locatiekeuze en nieuwbouw van het Commanderij College Macropedius; 
  • Nieuwbouw KC Berglaren; 
  • Aansluiten op landelijke ontwikkelingen wat betreft onderwijshuisvesting zoals bijvoorbeeld actief deelnemen aan de specifieke uitkering ventilatie in scholen (suvis); 
  • Onderwijshuisvesting in relatie tot de uitbreiding woningbouw in Gemert-Noord door middel van nieuwbouw van een duoschool met 2 x 200 leerlingen in Doonheide; 
  • We hebben aandacht voor een goede spreiding, in het kader van thuisnabij; 
  • Voldoende capaciteit voor de huisvesting van bewegingsonderwijs. 

6.2 Multifunctionele accommodaties (MFA’s) 

De MFA’s hebben een belangrijke positie in de dorpskernen om de leefbaarheid te behouden, onderwijs mogelijk te maken en een faciliteit in het dorp te zijn voor het organiseren van activiteiten en ontmoeting voor onze inwoners. Overeenkomst tussen de MFA's in de gemeente is dat er een samenwerking is van professionals en vrijwilligers. Het behoud van toekomstbestendige MFA's is het doel voor de komende jaren. Dit houdt in dat de vrijwilligers ondersteund worden bij vragen die ze hebben en er helder is wat ieders verantwoordelijkheid is. In 2024 stellen we een nieuw ‘gemeenschapshuizenbeleid’ op waar aandacht is voor de identiteit van iedere dorp in de gemeente en waarin de afspraken herijkt zijn. 

6.3 Subsidiekader 

De gemeente Gemert-Bakel heeft het kader voor subsidies vastgelegd in de Algemene Subsidieverordening. In de subsidieregeling(en) wordt per beleidsthema geregeld wat gesubsidieerd wordt. Jaarlijks wordt er voor ruim € 4miljoen aan subsidies verstrekt. Deze subsidies gaan naar uiteenlopende organisaties. Van relatief kleine vrijwilligersorganisaties zoals stichtingen en (sport-)verenigingen, tot grote(re) maatschappelijke en professionele organisaties. De doelstelling van subsidieverstrekking is dat het bijdraagt aan het behalen van de beleidsdoelstellingen van de gemeente en dat het daarmee maatschappelijk effect heeft. De subsidiekaders voor vrijwilligersorganisaties zijn sinds lange tijd niet aangepast. Vanaf 2024 zullen we de verschillende subsidieregelingen vernieuwen en actualiseren aan de hand van vastgesteld beleid door de gemeenteraad. Concreet gaat het voor het Sociaal Domein dan over vrijwilligers-, cultuur-, gemeenschapshuizen-, en sportbeleid. 

6.4 Volkshuisvesting (een thuis voor iedereen) 

Gemert-Bakel wil een aantrekkelijke woongemeente zijn en blijven. Prettig en passend wonen draagt bij aan de kwaliteit van leven, van huishoudens, de leefbaarheid van buurten, dorpskernen en de gemeente als geheel. Daartoe werkt de gemeente samen met haar partners aan een goed functionerende woningmarkt. In 2024 wordt een integrale woon(zorg)visie vastgesteld waarin is weergegeven dat de gemeente woningen wil toevoegen en aanpassen aan de hand van de wensen die er zijn voor alle doelgroepen. De woon(zorg)visie is een sturingsinstrument in dit voortdurende streven. Hierbij is natuurlijk van belang dat elke inwoner een fijne en geschikte woning heeft waar hij of zij zich thuis voelt. De woningcorporatie (Goed Wonen) is hierin onze samenwerkingspartner. Er vindt regelmatig overleg plaats en samen met stichting Huurdersbelang worden jaarlijks prestatieafspraken gemaakt. Op het gebied van Beschermd Wonen naar Beschermd Thuis trekken we gezamenlijk met de zes Peelgemeenten op. Hier zal nog een doorontwikkeling in plaats moeten vinden. Wanneer een goed inzicht is in de uitstroomcijfers maken we afspraken over woonvarianten voor deze doelgroep en verwerken dit in prestatieafspraken. 

Om doorstroom mogelijk te maken en om te voorkomen dat kwetsbare jongeren in 24 uurs opvang terecht komen zijn er initiatieven die we ondersteunen, zoals de Watermolen voor kwetsbare jongeren en de nieuwe woonvormen die ontstaan in de Gerarduskerk van woningcorporatie Goed Wonen. 

Huisvesting statushouders 

De gemeente heeft als taak om passende huisvesting voor statushouders te realiseren. De Rijksoverheid bepaalt elk half jaar de taakstelling: de hoeveelheid statushouders die er dat half jaar in een gemeente gehuisvest moeten worden. Om de taakstelling te verwezenlijken werken wij samen met Goed Wonen en Lumens Vluchtelingenwerk. Goed Wonen zorgt voor voldoende woningen en Lumens Vluchtelingen begeleidt de statushouders bij hun eerste stappen in de gemeente. Elke 6 weken stemmen we met hen af middels een huisvestingsoverleg. Hier sluit ook Senzer aan, vanwege zaken rondom werk en inkomen. 

6.5 Zorg en veiligheid 

Geweld hoort nergens thuis 

De woorden ‘geweld hoort nergens thuis’ zijn voldoende dekkend om uit te dragen wat de gemeentelijke visie is. We sluiten daarnaast aan op de regionale visie die is opgesteld waarbij uitgangspunt is dat iedereen recht heeft op veiligheid, zeker thuis. Wij streven ernaar dat door samenwerking van professionals de keten van huiselijk geweld wordt gezien, aangepakt en wordt doorbroken. Verbinding, samenwerking en vertrouwen van alle betrokkenen is hierbij van groot belang. De gemeente heeft een lokale aanpak op dit thema met als doel: 

  • Geen geweld in huiselijke kring; 
  • Professionals signaleren huiselijk geweld en handelen volgens de meldcode; 
  • Professionals beschikken over voldoende instrumenten en afspraken om te handelen. 

De gemeente heeft vier aandachtfunctionarissen aangesteld voor dit thema die hiervoor opgeleid zijn. Deze borgt dat er aansluiting is bij landelijke en regionale ontwikkelingen, er heldere werkprocessen zijn die aansluiten op een gemeentelijk protocol en afwegingskader, er verbinding is tussen alle professionals op dit thema en dat het onderwerp bespreekbaar wordt gemaakt. Uitvoering vindt plaats binnen de opgave van het landelijk programma Geweld hoort Nergens Thuis. 

Sluitende aanpak kwetsbare mensen in complexe situaties 

Complexe problematiek in de samenleving neemt toe. Om complexe situaties waar zorg en veiligheid elkaar raken het hoofd te bieden hebben we een incidentenoverleg ingericht. Het betreft een overleg met kernpartners waarin we afhankelijk van de situatie met elkaar verkennen wat nodig is in een casus om escalatie te voorkomen. Daarin blijven we inzetten op de persoonsgeboden aanpak van kwetsbare personen die ondersteuning nodig hebben, zoals slachtoffers van mensenhandel of personen met verward gedrag. Hierbij werken we per casus samen met de relevante partners, zoals de Politie, zorg- en hulpverleningsinstanties en de woningcorporatie. Met behulp van een integraal op de persoon toegesneden (mix van) interventie(s) proberen we te voorkomen dat (kwetsbare) mensen overlast gevend of crimineel gedrag vertonen. Dit betreft met name een kleine groep mensen die veel overlast veroorzaakt en vaak te maken heeft met meervoudige en complexe problemen, zoals: psychiatrische klachten, verslaving en een verstandelijke beperking. Daarnaast zijn er vaak problemen op andere levensdomeinen, zoals schulden en woonruimteproblemen. Voor deze personen werkt het generieke aanbod aan interventies niet, of niet voldoende, waardoor er in dit soort situaties buiten de gebaande paden dient te worden getreden om tot een oplossing te komen. Voor de uitvoering van dit incidentenoverleg zijn een aantal praktische vuistregels/spelregels opgesteld. Hierin zijn regels vastgelegd over het inbrengen en delen van gegevens en informatie. We evalueren regelmatig hoe dit loopt en of bijstelling van het proces of partners gewenst is. Indien nodig kunnen casussen nog worden opgeschaald naar het Zorg en Veiligheidshuis Brabant ZuidOost. Dit is een samenwerkingsverband tussen partners uit de strafrecht- en zorgketen, gemeentelijke partners en bestuur. Samen pakken zij complexe problematiek aan en dringen zo overlast, huiselijk geweld en criminaliteit terug. De samenwerkingspartners signaleren problemen, bedenken oplossingen en voeren die samen uit. Daardoor kunnen we zorg- en veiligheidsproblemen beter, sneller en effectiever aanpakken. 

6.6 Sport 

Sportnota 

Voordat we een nieuwe sportnota op stellen, wordt een toekomstvisie voor de sportverenigingen en sportaccommodaties opgesteld. In de toekomstvisie worden ambities uitgewerkt die ervoor moeten zorgen sportverenigingen vitaal te houden en te versterken en te zorgen voor een passend voorzieningenniveau.

Buurtsportcoaches 

Vanuit het onderdeel Brede Regeling Combinatiefuncties zijn in onze gemeente verschillende lokale functionarissen (buurtsportcoaches) actief. Zij worden ingezet op verschillende gebieden zoals jeugd, meedoen en sport- en beweegaanbieders. Daarnaast zijn deze functionarissen actief voor specifieke doelgroepen. Deze inzet zal worden doorgezet en uitgebreid.

7. Wettelijke kaders

7. Wettelijke kaders 

Binnen het sociaal domein geven we uitvoering aan een aantal wetten, waaraan we lokaal uitvoering moeten geven, waarin we regionaal samenwerken. Zie bijlage 1 voor de organisatie daarvan. In bijlage 2 staat een overzicht van alle wetten waarmee we werken, een aantal zijn al verwerkt onder de thema’s in hoofdstuk 2. In dit hoofdstuk beschrijven we een aantal wetten en hoe we daar lokaal uitvoering aangeven. 

Wet inburgering 2021 

De wet inburgering 2021 is op 1 januari 2022 ingegaan. Het doel van de wet inburgering 2021 is zorg te dragen voor een snelle integratie van nieuwkomers. Inburgering is verplicht voor alle volwassen statushouders, gezinsmigranten en overige migranten (uit een land buiten de Europese Unie (EU), IJsland, Liechtenstein, Noorwegen of Zwitserland). In 2018 zijn de zeven gemeenten in de arbeidsmarktregio Helmond-De Peel gaan samenwerken om de nieuwe Wet inburgering voor te bereiden. Met de ambitie dat inburgeraars zo snel mogelijk de taal leren, gaan werken en volwaardig deelnemen aan de samenleving. De samenwerking is ingezet met de volgende uitgangspunten: 

  1. Lokaal wat kan, regionaal wat moet; 
  2. Duidelijkheid naar alle partners; 
  3. Maatwerk. 

Met de nieuwe wet is de gemeente verantwoordelijk voor de begeleiding en monitoring van het inburgeringstraject. Deze rol wordt vervuld door drie trajectregisseurs inburgering die we als vijf gemeenten in de Peelregio aangesteld hebben. Deze trajectregisseur is een dag in de week te vinden in het gemeentehuis in Gemert en werkt nauw samen met de partijen in het gebiedsteam van het sociaal domein in Gemert-Bakel. 

Belangrijke taak van de trajectregisseurs is om alle inburgeraars te volgen en op hoofdlijnen te begeleiden bij het op tijd voltooien van hun inburgering. Met de Wet inburgering 2021 is de gemeente niet alleen verantwoordelijk voor de trajectregie maar ook voor de inkoop van (onderdelen van) het inburgeringstraject. Er zijn drie verschillende leerroutes, namelijk de B1-route, de onderwijsroute en de zelfredzaamheidsroute. Taalscholen, Senzer en Lumens voeren elk onderdelen uit in deze routes. Daarvoor zijn samenwerkingsafspraken gemaakt en zijn overeenkomsten aangegaan. Deze worden gemonitord en waar nodig bijgestuurd. 

We werken in de uitvoering van inburgering deels samen als vijf Peelgemeenten, deels als zeven gemeenten in de arbeidsmarktregio Helmond-de Peel. De komende beleidsperiode zal de inrichting en uitvoering van de nieuwe Wet Inburgering 2021 nog verder worden doorontwikkeld. Er zijn op dit moment ook nog steeds inburgeraars die hun inburgering nog niet hebben afgerond en nog vallen onder de Wet inburgering van 2013. Ook deze zogenoemde ‘ondertussengroep’ ondersteunen we als gemeente op maat. Dit betekent: taal op zo hoog mogelijk niveau en de kans op werk zo groot mogelijk maken. Instrumenten die ontwikkeld zijn en (nog) worden voor de nieuwe instromers die vallen onder de nieuwe wet inburgering worden ook voor deze groep ingezet.

Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) 

De Wgs is in het leven geroepen om inwoners te ondersteunen bij financiële zelfredzaamheid. De Wgs verplicht de gemeenteraad om tenminste één keer in de vier jaar een plan vast te stellen dat richting geeft aan de integrale schuldhulpverlening aan inwoners van de gemeente. Binnen de GR Peelgemeenten werken we daarin samen. Er is in 2023 een nieuw regionaal beleidsplan integrale schuldhulpverlening 2024-2027 opgesteld. Deze wordt gelijk vastgesteld met het beleidskader en is als bijlage 3 toegevoegd aan dit beleidskader. 

Wet verplichte GGZ (psychische gezondheid) 

Per 1 januari 2020 zijn de Wet verplichte GGZ en de Wet zorg en dwang (Wvggz en Wzd) ingevoerd. Hiermee zijn drie nieuwe procedures ingevoerd, namelijk de crisismaatregel, de zorgmachtiging en de IBS. Hierbij zijn voor de gemeente Gemert-Bakel diverse taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden veranderd. Lokaal hebben we werkprocessen ingericht om de uitvoering van de Wvggz/ Wzd goed te laten verlopen. Subregionaal (GR Peelgemeenten en de gemeente Helmond) hebben we een gezamenlijke inkoop gedaan voor de (gedeeltelijke) uitvoering van enkele gemeentelijke taken, namelijk het inrichten van een niet acuut combinatie meldpunt verward gedrag en Wvggz, het uitvoeren van het verkennend onderzoek en het uitvoeren van de hoorplicht.

Cliëntparticipatie en adviesgroep SD Gemeenten zijn wettelijk verplicht om inwoners waaronder cliënten te betrekken bij hun beleid in het sociaal domein. Deze verplichting is opgenomen in de Wmo, de Jeugdwet en de Participatiewet, de wijze waarop staat gemeenten vrij. 

De afgelopen jaren hebben we in Gemert-Bakel gebouwd aan een netwerk van gesprekspartners. We voeren structureel overleg met belangenorganisaties en onze informele en professionele netwerkpartners die actief zijn in het sociaal domein over de uitvoering van het beleid. We beogen daarmee het beleid binnen het sociaal domein beter op de behoefte af te stemmen.

Bijlage 1: Organisatiestructuur

Bijlage 1: Organisatiestructuur 

In deze bijlage wordt de organisatiestructuur in het sociaal domein beschreven.

1. Organisatie 

In de gemeente Gemert-Bakel hebben meerdere partijen te maken met het sociaal domein. Het sociaal domein is niet alleen ondergebracht in verschillende organisaties, maar werkt ook samen met verschillende gemeentes. Lokaal en regionaal hebben we regie over verschillende onderwerpen. De beleidsontwikkeling ten aanzien van de uitvoering van de drie wetten en inkoop van zorg, ondersteuning werk en inkomen hebben we ondergebracht in verschillende samenwerkingsconstructies op regionaal niveau en in het lokale beleid, zodat we ons lokaal kunnen richten op de directe dienstverlening aan onze inwoners en het versterken van het informeel en professioneel netwerk rondom onze inwoners. Ook richten we ons op het versterken en uitbouwen van lokale laagdrempelige en voorliggende voorzieningen, zodat individuele verstrekkingen vanuit de drie gedecentraliseerde wetten tot een minimum beperkt worden. Hieronder wordt omschreven hoe het Sociaal Domein lokaal is georganiseerd. 

1.1 Lokaal 

In Gemert-Bakel hebben we de voorbereiding, besluitvorming en uitvoering van de drie decentralisaties georganiseerd in het team Sociaal Domein om daarmee ook de lokale uitvoering in samenhang te organiseren. De uitvoering van alle drie de transities vindt plaats in de wijkteams en het gebiedsteam Gemert-Bakel. Daarin zijn per wijkteam verschillen mogelijk en wordt nadrukkelijk geen blauwdruk opgelegd. Voor alle wijkteams geldt wel dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor alle vragen die uit het betreffende gebied moeten worden opgepakt. 

Wanneer het nu gaat om wonen, welzijn, zorg, onderwijs of werk, we pakken het in samenhang op. We vinden het belangrijk om samen met onze partners te blijven investeren in het voorkomen van problemen en het voorzien in lokale oplossingen. 

We kijken daarnaast of we vragen zien die in meerdere wijken ontstaan. Wanneer dit aan de orde is kunnen we gericht zorgen voor extra inzet zodat ook de andere wijken daarvan kunnen profiteren. We zien ook kansen wanneer het gaat om het herkennen van problemen in een vroeg stadium. Wanneer er op diverse plaatsen vergelijkbare problemen zichtbaar worden, kunnen we deze ook in samenhang aanpakken. Hiermee willen we voorkomen dat we niet telkens opnieuw het wiel uit hoeven te vinden. 

Organisatie 

Omdat we met dit programma voortbouwen op bestaand beleid, hebben we gekozen voor een brede inspraak van burgers, via een zorgvuldige afstemming met onze kernpartners, de (interim) adviesgroep Sociaal Domein, de werkgroepen zorg en de cliëntenraad werk- en inkomen. Jaarlijks wordt samen met de kernpartners (Goed Wonen, Lumens, GGD, Zorgboog en Senzer) een uitvoeringsprogramma opgesteld met daarin concrete projecten en activiteiten om de gestelde doelen uit het programma een stevige sociale basis te behalen. Hierbij is het streven om ook de inwoners zoveel mogelijk een plek te geven om samen met hen de uitvoering vorm te geven. Hiervoor pakt de adviesgroep Sociaal Domein het initiatief, we faciliteren waar mogelijk. 

Uitgangspunt daarbij is dat we de rapportage- en verantwoordingsdruk zo beperkt mogelijk houden, maar tegelijkertijd resultaten en effecten van beleid voldoende monitoren en hierover aan elkaar, de gemeenteraad en het Rijk rapporteren. 

In alle contracten die we afsluiten en samenwerkingsovereenkomsten die we aangaan, is het dorps- en wijkgericht werken verankerd. Dat geldt dus ook voor alle regionale afspraken ten aanzien van de participatiewet, de jeugdwet en de Wmo. Ook hebben we tot dusver in alle stukken de aansluiting bij onze lokale beleidskeuzes kunnen maken. 

Door deze regionale afspraken lokaal in te zetten kunnen we lokaal een sluitende aanpak hanteren. Er zijn verschillende mensen en organisaties van belang in dit lokale netwerk. Hieronder worden deze lokale partijen benoemd. Ook wordt hieronder gesproken over de lokale organisatie van de decentralisaties en hoe de samenwerking met de regionale organisaties de lokale aanpak faciliteert.

Informeel netwerk 

Het informeel netwerk bestaat uit de georganiseerde burgers. Partijen/organisaties binnen het informele netwerk staan het dichtst bij de individuele burger. Dit zijn dan ook de belangrijkste partijen als het gaat om: signalering, het luisterend oor en de eerste helpende hand. In het kader van de drie transities is meer ingezet op informele zorg. Informele zorg heeft een preventieve werking op de zwaardere formele zorg. Het is hierbij van belang om aan te sluiten bij de schaal en behoefte. Als informele zorg op kleine schaal een succes is, breidt dit zich al snel uit. 

  • Partijen binnen het informele netwerk zijn: 
  • Dorpsraden, wijk-/buurtplatforms en werkgroepen zorg; 
  • Dorpsondersteuners / consulenten jeugd/ sleutelfiguren in de wijk; 
  • Vrijwilligerswerk en mantelzorg; 
  • Verenigingen en organisaties: 
  • Buurt- en sportverenigingen; 
  • Seniorenvoorlichters; 
  • Organisaties als KBO en de Zonnebloem. 

Dorpsondersteuners 

Door de inzet van de dorpsondersteuners creëren we lokale oplossingen in het informele netwerk. De dorpsondersteuners zijn de coördinerende en ondersteunende sleutelfiguren uit de betreffende dorpen of wijken. Ze gaan in gesprek met de inwoner die een ondersteuningsvraag heeft en samen zoeken zij naar een oplossing in de buurt. Ook hebben zij een makelaarsfunctie in het leggen van verbindingen binnen het persoonlijk sociaal netwerk, tussen vrijwilligersorganisaties en wijzen zij inwoners op collectieve voorzieningen. Ze maken de verbinding tussen het formele en het informele netwerk en verwijzen inwoners als dat nodig is. De dorpsondersteuners denken vanuit mogelijkheden dicht bij de burger of hulpvragen en werken niet bureaucratisch. 

De werkgroepen zorg zijn organisatorisch en inhoudelijk verantwoordelijk voor de aansturing van de dorpsondersteuners. Het werkgeverschap van de dorpsondersteuners is ondergebracht bij de Stichting Dorpsondersteuning. In die Stichting zijn de Zorgcoöperatie Gemert, de werkgroepen Zorg en de gemeente vertegenwoordigd. Deze partijen vormen een belangrijke schakel in de samenwerking met de dorpsondersteuners. De Stichting borgt, naast het werkgeverschap ook de onafhankelijkheid en zelfstandigheid van de dorpsondersteuners en faciliteert hen waar nodig. 

De inzet van dorpsondersteuners is tot op heden vooral gericht geweest op ouderen en volwassenen. Omdat ook voor de doelgroep jeugd behoefte is aan verbinding met het informeel netwerk en het voorliggend veld, is een dorpsondersteuner specifiek voor jeugd aangesteld. 

Wijkteams 

Wanneer de dorpsondersteuners niet kunnen voorzien in een oplossing worden zij ondersteund door andere professionals in de wijkteams. Andersom kunnen professionals via de wijkteams ook de samenwerking met het informele netwerk zoeken. Door uit te gaan van de informele ondersteuning (mantelzorg en vrijwilligers) sluit je als professional aan bij wat er in de omgeving van de burger allang gebeurt, namelijk bij de zorg en ondersteuning van mensen onderling. We willen de dorpsondersteuner buiten het officiële indicatie traject houden. 

Er zijn wijkteams ingericht waarbinnen preventie en vroegsignalering routine zijn en de ondersteuning in samenhang wordt gerealiseerd. We hebben gezorgd voor herkenbare aanspreekpunten voor de partners die samenwerken en we hebben geïnvesteerd in de samenwerking binnen de dorp- en wijkteams zodat er een sluitend netwerk van maatschappelijke dienstverlening is. Uitgangspunt hierbij is dat dit met toestemming van de hulpvrager en zoveel mogelijk in zijn of haar bijzijn plaatsvindt. Professionals zijn bij deze informatie-uitwisseling uiteraard gehouden aan de wettelijke privacyregelingen die binnen hun beroepsgroep gelden. 

Werkwijze 

De dorpsondersteuners, de consulenten jeugd, de Wmo-consulenten en de participatiecoaches/inkomensconsulenten zitten in de wijkteams. Zij zijn er samen met de andere wijkteamleden verantwoordelijk voor dat alle vragen in beeld zijn en daadwerkelijk worden opgepakt. Professionals worden geacht tijdens huisbezoeken breed te kijken naar alle leefgebieden en vroegtijdig te signaleren als er iets aan de hand is. Dit is geen afvinklijstje, maar dit is een houding die wij vragen van de professionals. In de drie decentralisatie wetten is de zorgplicht bij de gemeente neergelegd om ervoor te zorgen dat er geen inwoner tussen wal en schip terecht komt en niet de ondersteuning krijgt die noodzakelijk is, dus de gemeente heeft een andere verantwoordelijkheid dan andere partners. Oplossingen worden waar mogelijk in het informele netwerk en waar nodig in het formele netwerk gevonden. De professionals zijn zelf verantwoordelijk voor het signaleren van zaken die niet goed lopen in de uitvoering. Wanneer zij met het wijkteam niet kunnen voorzien in een oplossing zijn de regisseurs van de gemeente het eerste aanspreekpunt. Soms kan het nodig zijn om op te schalen. Daarvoor hebben we het escalatie model. In eerste instantie kan worden opgeschaald naar de manager van de eigen organisatie, en uiteindelijk naar de manager van Sociaal Domein. Komt er geen oplossing dan is de wethouder in beeld om te voorzien in een oplossing. 

Sturing 

De samenwerkende partijen in de wijkteams zorgen gezamenlijk voor een goed op elkaar afgestemde uitvoering. De managers van de deelnemende organisaties worden geacht hun medewerkers zodanig aan te sturen dat zij maximaal gebruik maken van de regelruimte in deze uitvoering. We verwachten van de professionals dat ze mensen in hun eigen kracht zetten, maar we verwachten ook dat professionals vanuit hun expertise meteen schakelen wanneer ze de inschatting hebben dat dat niet haalbaar is. En dus ook wanneer het buiten het eigen taakgebied of verantwoordelijkheid van de professional gaat. 

Calamiteiten 

Tijdens calamiteiten gelden de methodieken die afgesproken zijn in de veiligheidsregio. 

Werkgroepen zorg 

De werkgroepen zorg zijn een belangrijk onderdeel van het informeel netwerk. De werkgroepen zorg vormen een signalerend netwerk in hun wijk/dorp, fungeren als klankbord voor de dorpsondersteuners en zijn verantwoordelijk voor de inhoudelijke aansturing van de dorpsondersteuners. In elk dorp en wijk is een werkgroep zorg aanwezig. 

Deze werkgroepen bestaan uit vrijwilligers en dorpsondersteuners. Omdat de werkgroepen zorg in Gemert meer moeite hebben met verbinding maken met het dorp investeert de gemeente in de ondersteuning hiervan zodat ook zij in de toekomst zelfstandig kunnen functioneren. 

Dit pakken we samen op met de inwoners. We merken dat we nu met vier of vijf mensen om tafel zitten per wijk, we willen dit graag uitbreiden om meer betrokkenheid van de wijkbewoners te creëren. We zijn hier wel afhankelijk van de bereidheid van inwoners. We proberen bij ieder initiatief (zoals de burendag) nieuwe geïnteresseerde inwoners te werven. We willen de werkgroepen faciliteren om inwoners te verleiden deel te nemen aan de werkgroepen zorg en meer betrokkenheid te creëren. Deze rol pakt de gemeente op. 

Gebiedsteam 

Om de ondersteuning aan onze inwoners goed te kunnen organiseren werken we met het gebiedsteam. De gemeente Gemert-Bakel heeft ervoor gekozen om ondersteuning vanuit het gemeentehuis als basis werkplek te organiseren. Het gebiedsteam functioneert in een groot netwerk van informele en formele professionals én binnen een politieke omgeving. Wie werken er vanuit het gemeentehuis is het gebiedsteam: 

  • Team jeugd (in dienst gemeente); 
  • Team Wmo (in dienst GR Peelgemeenten); 
  • Team participatie (in dienst Senzer); 
  • Team jongerenwerk (in dienst gemeente); 
  • Team Lumens (maatschappelijk werk, vluchtelingenwerk, schuldhulpverlening, sociaal raadsliedenwerk); 
  • MEE; 
  • Fact-team (GGZ). 

Een sterk gebiedsteam is een team waar preventie, hulpverlening en beschikkingen afgeven met elkaar verweven zijn. De hoofdlijn is het bieden van passende zorg (matched care) waarbij ook aandacht is voor de kracht bij de inwoners en het eigen netwerk. In die gevallen wordt er langzamer opgeschaald: eerst informele zorg, daarna laagdrempelige professionele zorg en als het niet anders kan geïndiceerde zorg. 

1.2 Regionaal 

In de paragrafen hierna wordt beschreven hoe het Sociaal Domein regionaal georganiseerd is. 

Regionaal (5 gemeentes) 

Vanuit de Peelsamenwerking van 5 gemeenten is de uitvoering van de jeugdwet en de WMO op regionaal niveau ingericht en grotendeels lokaal uitgevoerd binnen het gebiedsteam. De genoemde operaties zijn complex vanwege de omvang van het aantal inwoners dat er mee in aanraking komt en de enorme budgetten die gemoeid zijn met de Jeugdwet, Wmo en BMS (Bijzondere bijstand, Maatschappelijke participatie en Schulddienstverlening)). De Participatiewet is belegd bij de Gr Senzer voor zeven gemeenten (Participatiewet). 

Het inhoudelijk beleid van de Jeugdwet en WMO: het vertalen van landelijk inhoudelijk beleid en ontwikkelingen in verordeningen en beleidsregels en de zorginkoop, worden opgepakt door de GR Peelgemeenten. Aan de voorkant worden de regisseurs bevraagd om ten aanzien van de inhoud aan te geven hoe kan worden aangesloten op de lokale uitvoering. 

De uitvoering van de gemeentelijke taken op het terrein van de Participatiewet, de Wsw, de IOAW, de IOAZ, de Wajong, het Bbz 2004 en aanverwante wetgeving wordt door de 7 gemeenten in de arbeidsmarktregio Helmond-De Peel in gezamenlijkheid opgepakt door Senzer. Op 1 januari 2023 is de GR Senzer geactualiseerd. Op grond van deze nieuwe GR wordt door de Senzer elke vier jaar een Meerjarenplan (MJP) opgesteld waarin haar taakopdracht is verwerkt. Het Meerjarenplan Dienstverlening 2025-2028 is de eerste in de nieuwe cyclus en is voor een zienswijze voorgelegd aan de raad in december 2023. De financiële doorvertaling van dit MJP volgt in de ontwerpbegroting voor 2025 en meerjarenraming 2025-2028. Ook is er een jaarlijkse kaderbrief. Het MJP heeft een looptijd van vier jaar. Omdat er politiek, financieel en economisch veel kan veranderen in die tijd wordt over twee jaar (vóór de gemeenteraadsverkiezingen van 2026) een evaluatie gepland. Indien nodig volgt dan een bijstelling. De uitvoering van de Bijzondere Bijstand is volledig ondergebracht bij Senzer, op basis van een dienstverleningsovereenkomst tussen Peelgemeenten en Senzer.

Ook het beleid Social Return On Investment (SROI) is binnen deze schaalgrootte en in samenwerking van de 7 gemeenten tot stand gekomen. Tot slot is het regionaal arbeidsmarktbeleid binnen deze regio vastgesteld. Dit samen met een vertegenwoordiging van het onderwijs, werkgevers, werknemers en uitvoeringsinstellingen als Senzer en het UWV. 

Regionaal (21 gemeentes) 

De jeugdzorgregio Zuidoost Brabant kent 21 gemeenten. Deze gemeenten werken al vanaf 2012 in verschillende verbanden samen. Zo worden er zaken opgepakt op lokaal en subregionaal niveau en wordt er zorg ingekocht door drie inkooporganisaties. De regio is onderverdeeld in 7 subregio’s (De Kempen, A2 gemeenten, de Dommelvallei+, BOV gemeenten (Best, Oirschot, Veldhoven), de Peelregio, Gemeente Helmond, Gemeente Eindhoven).

In de Jeugdwet hebben gemeenten de opdracht om een aantal functies op regionaal niveau te organiseren en te borgen. Het betreft de organisatie van een Adviespunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling: Veilig Thuis, de samenwerking met de Raad voor de Kinderbescherming, Jeugdbescherming en Jeugdreclassering. Daarnaast wordt uit oogpunt van efficiency en effectiviteit samengewerkt bij de inkoop van zeer specialistische jeugdhulp dat jeugdzorgregio overstijgend georganiseerd is (jeugdzorgplus/gesloten jeugdhulp) en het vormgeven van een integrale crisisdienst. Hiervoor worden op niveau van 21 gemeenten (inkoop-)overeenkomsten afgesloten door de gemeente Eindhoven. 

In deze regionale samenwerking laat Gemert-Bakel zich vertegenwoordigen door de GR Peelgemeenten en hebben de vijf Peelgemeenten afgesproken om gezamenlijk als één entiteit te opereren in ‘21 voor de jeugd’.  Vanuit het gebiedsteam zijn voor de drie decentralisaties herkenbare gezichten in de wijkteams aanwezig die de verbinding kunnen maken met de regionale uitvoering. Deze medewerkers werken in het frontoffice systeem dat door de uitvoeringsorganisatie beschikbaar gesteld wordt en een directe koppeling met het backoffice systeem heeft. Hiermee kunnen we een goede aansluiting realiseren tussen de lokale verantwoordelijkheid en de zaken die we in de regio in gezamenlijkheid uitvoeren. Omdat regionale beleidskeuzes gevolgen kunnen hebben voor lokale mogelijkheden en andersom, zorgen we daarnaast voor korte ambtelijke en bestuurlijke lijnen met de regionale uitvoeringsorganisatie en de gemeentelijke organisatie van Gemert-Bakel. Uitgangspunt daarbij is dat de regionale samenwerking, de lokale uitvoering maximaal faciliteert en andersom dat de lokale uitvoering optimaal aansluit bij de regionale uitvoeringsorganisatie. Gebiedsteam Gemert-Bakel 

Binnen de gemeente zorgen regievoerders voor een goede afstemming tussen de uitvoeringsorganisatie Peelgemeenten en Senzer en de lokale dorps- en wijkgerichte aanpak. Alle drie de decentralisaties worden volgens dat concept uitgevoerd.

Bijlage 2: Wetten en regels m.b.t. sociaal domein.

Bijlage 2: Wetten en regels m.b.t. sociaal domein. 

Een overzicht van wetten en regels m.b.t. sociaal domein waarin bevoegdheden en verantwoordelijkheden bij gemeenten zijn neergelegd; 

1. Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) 

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn. Het gaat o.a. om: begeleiding en dagbesteding; mantelzorgondersteuning; een plaats in een beschermde woonomgeving voor mensen met een psychische stoornis; opvang in geval van huiselijk geweld en mensen die dakloos zijn. 

2. Jeugdwet 

De gemeenten moeten o.a. jeugdhulp van goede kwaliteit aanbieden; een beleidsplan voor preventie, ondersteuning, hulp en zorg opstellen; voorzieningen op het gebied van jeugdhulp (jeugdhulpplicht) treffen; jeugdbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering organiseren; maatregelen voor de aanpak van kindermishandeling nemen; de samenwerking met andere sectoren zoals zorg, onderwijs, politie en justitie zoeken; vertrouwenspersonen aanwijzen voor jongeren en (pleeg)ouders die te maken hebben met jeugdhulpverlening. 

3. Participatiewet 

De gemeente is verantwoordelijk voor alle mensen die kunnen werken maar daarbij wel ondersteuning nodig hebben. Van gemeenten wordt verwacht dat zij deze groeiende doelgroep ondersteuning biedt zodat zij aan het werk gaan. Waar nodig is er ondersteuning om het salaris aan te vullen (inkomensondersteuning).

4. Wet Publieke gezondheid 

Bevorderen totstandkoming en continuïteit van en de samenhang binnen de publieke gezondheidszorg (algemene taken, jeugdgezondheid- en ouderengezondheid en infectiebestrijdingen), de afstemming ervan met de curatieve gezondheidszorg en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. Ook is in de wet vastgelegd dat diverse taken hiervoor belegd moeten worden bij de GGD. 

5. Woningwet 

De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting van ‘aandachtsgroepen’. Daarmee wordt bedoeld wat nu in art. 46 lid 1 onder a Woningwet is beschreven: de groep personen die door hun inkomen of door andere omstandigheden moeilijkheden ondervinden bij het vinden van hun passende huisvesting. De samenwerking tussen gemeenten, corporaties en huurdersorganisaties is een bouwsteen om tot goede volkshuisvestelijke prestaties te komen op lokaal niveau. De partijen hebben de vrijheid om een lokaal passend proces voor prestatieafspraken in te richten. 

6. Wet Inburgering 2021 

Gemeenten hebben een grote rol om nieuwkomers zo snel mogelijk te laten inburgeren: maatwerk en snelheid staan centraal. De gemeente moet regie voeren op het traject van de inburgeraars. Onder meer door samen met de inburgeraar een persoonlijk plan inburgering en participatie (PIP) op maat op te stellen. 

7. Wet Schuldhulpverlening 

De Wgs regelt dat mensen met (dreigende) problematische schulden bij gemeenten terecht kunnen voor onder meer advies, schuldbemiddeling of een saneringskrediet. Let op: volgens de Wgs heeft de gemeente een regietaak en moet het gaan om (dreigende) problematische schulden. 37 

8. Wet Kinderopvang 

De gemeente is verantwoordelijk voor toezicht op de kwaliteit van de opvang 

9. Wet Educatie & Beroepsonderwijs 

Via de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) ontvangen gemeenten elk jaar budget voor de (regionale) aanpak van volwassenenonderwijs en laaggeletterdheid. Dit budget is voor opleidingen om de Nederlandse taal, rekenen en digitale vaardigheden te verbeteren. 

10. Wet op het primair onderwijs 

Volgens artikel 23 lid 41 van de Grondwet moeten in elke gemeente genoeg openbare basisscholen zijn. Als dit niet zo is, moet de overheid ervoor zorgen dat kinderen op een andere manier openbaar onderwijs krijgen. De gemeenteraad heeft de grondwettelijke taak om te voorzien in voldoende openbaar onderwijs. De gemeente heeft een aantal wettelijke taken om onderwijs voor iedereen toegankelijk te maken. De gemeente moet ervoor zorgen dat kinderen in een veilige, gezonde en stimulerende omgeving les kunnen krijgen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor (nieuwe) schoolgebouwen in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs. Ook moet zij ieder kind in staat stellen fysiek naar de school toe te kunnen gaan. Gemeenten en schoolbesturen werken veel samen aan deze taken. Zo ook om onderwijsachterstanden bij kinderen tegen te gaan. Met de inhoud van het onderwijs bemoeit de gemeente zich niet. Gemeenten hebben ook de zorgplicht voor het leerlingenvervoer. 

11. Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie (Wet OKE) 

De gemeente is verplicht een goed educatief aanbod te hebben voor peuters tussen 2,5 en 4 jaar oud. Deze voor- en vroegschoolse educatie (vve) is deel van het onderwijsachterstandenbeleid. Gemeente en schoolbesturen maken hier afspraken over, vaak in de zogenaamde Lokale Educatieve Agenda. 

12. Wet op het voortgezet onderwijs 

Volgens artikel 23 lid 41 van de Grondwet moeten in elke gemeente genoeg openbare basisscholen zijn. Als dit niet zo is, moet de overheid ervoor zorgen dat kinderen op een andere manier openbaar onderwijs krijgen. De gemeenteraad heeft de grondwettelijke taak om te voorzien in voldoende openbaar onderwijs. De gemeente heeft een aantal wettelijke taken om onderwijs voor iedereen toegankelijk te maken. De gemeente moet ervoor zorgen dat kinderen in een veilige, gezonde en stimulerende omgeving les kunnen krijgen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor (nieuwe) schoolgebouwen in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs. Ook moet zij ieder kind in staat stellen fysiek naar de school toe te kunnen gaan. Gemeenten en schoolbesturen werken veel samen aan deze taken. Zo ook om onderwijsachterstanden bij kinderen tegen te gaan. Met de inhoud van het onderwijs bemoeit de gemeente zich niet. Gemeenten hebben ook de zorgplicht voor het leerlingenvervoer 

13. Wet op de expertisecentra 

De gemeente moet ervoor zorgen dat kinderen in een veilige, gezonde en stimulerende omgeving les kunnen krijgen. Het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs is bestemd voor kinderen voor wie vaststaat dat overwegend een orthopedagogische en orthodidactische benadering aangewezen is. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor (nieuwe) schoolgebouwen in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs. Ook moet zij ieder kind in staat stellen fysiek naar de school toe te kunnen gaan. Gemeenten en schoolbesturen werken veel samen aan deze taken. Zo ook om onderwijsachterstanden bij kinderen tegen te gaan. Met de inhoud van het onderwijs bemoeit de gemeente zich niet. Gemeenten hebben ook de zorgplicht voor het leerlingenvervoer 38 

14. Wet op passend onderwijs 

Iedereen heeft recht op onderwijs. Volgens de Wet passend onderwijs (2014) moeten alle kinderen het beste uit zichzelf kunnen halen. Dat geldt ook voor kinderen die extra hulp nodig hebben vanwege leer- of gedragsproblemen. In eerste instantie op een gewone school, die daarop is toegerust. Als intensievere begeleiding nodig is, kan het kind naar speciaal onderwijs. Scholen hebben hierin een wettelijke zorgplicht: zij moeten, in overleg met de ouders, zorgen dat alle kinderen een passende plek vinden. Om goede ondersteuning (remedial teaching, begeleiding bij dyslexie etc.) te kunnen bieden, maken scholen in dezelfde regio hierover afspraken in een samenwerkingsverband van gewone scholen en scholen voor speciaal onderwijs. Dit geldt voor basis- en voortgezet onderwijs. Belangrijkste implicatie voor gemeenten van de wetgeving passend onderwijs is dat samenwerkingsverbanden verplicht zijn om over het ondersteuningsplan op overeenstemming gericht overleg (OOGO) met de gemeente(n) te voeren binnen het verband. De gemeente is wettelijk verplicht om scholen bij te staan bij hun zorgplicht. Die verplichtingen komen tevens voort uit de Jeugdwet. 

15. Wet(svoorstel) aanpak meervoudige problematiek 

Deze wet regelt de wettelijke taak voor gemeenten voor een gecoördineerde aanpak van meervoudige problematiek, de juridische grondslagen voor de hiervoor benodigde verwerking en uitwisseling van persoonsgegevens en het waarborgen tegen onnodige verspreiding of verzameling van zijn of haar persoonsgegevens. 

16. Leerplichtwet 

De gemeente moet een of meer leerplichtambtenaren in dienst hebben die erop toezien dat ouders en jongeren de leer- en kwalificatieplicht tot hun 18e naleven.

17. Wet verplichte GGZ 

Per 1 januari 2020 zijn de Wet verplichte GGZ en de Wet zorg en dwang (Wvggz en Wzd) ingevoerd. Hiermee zijn drie nieuwe procedures ingevoerd, namelijk de crisismaatregel, de zorgmachtiging en de IBS. Hierbij zijn voor de gemeente Gemert-Bakel diverse taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden veranderd. Lokaal hebben we werkprocessen ingericht om de uitvoering van de Wvggz/ Wzd goed te laten verlopen. Subregionaal (GR Peelgemeenten en de gemeente Helmond) hebben we een gezamenlijke inkoop gedaan voor de (gedeeltelijke) uitvoering van enkele gemeentelijke taken, namelijk het inrichten van een niet acuut combinatie meldpunt verward gedrag en Wvggz, het uitvoeren van het verkennend onderzoek en het uitvoeren van de hoorplicht. 

18. Mediawet 

De wet regelt de toelating tot het omroepbestel en stelt eisen aan de publieke omroepen onder andere om te zorgen voor mediapluriformiteit. 

Daarnaast hebben we een aantal uitvoerings- & organisatieverplichtingen op basis van: 

1. Integraal ZorgAkkoord (IZA) 

Afspraken die gemeentelijke inzet en verantwoordelijkheid betreffen zoals preventie, het opzetten van een regionale preventie-infrastructuur en het verbeteren van de samenwerking tussen de eerstelijnszorg en het sociaal domein

2. Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) 

Afspraken over het bereiken van een gezonde generatie in 2040: weerbare, gezonde mensen die opgroeien, leven, werken en wonen in een gezonde leefomgeving met een sterke sociale basis. De gemeente moet een samenhangende lokale aanpak ontwikkelen voor gezondheid, sport en bewegen én sociale basis. 

3. Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) 

Gemeenten hebben en een belangrijke rol ‘in het stimuleren en ondersteunen van de gewenste bewegingen rondom preventie, ondersteuning en zorg’. 

4. Landelijke nota Gezondheidsbeleid 

De vier gezondheidsvraagstukken uit de Landelijke Nota Gezondheidsbeleid 2020-2024 geven richting aan het lokale gezondheidsbeleid: De vraagstukken zijn: 

  1. Gezondheid in de sociale en fysieke leefomgeving 
  2. Gezondheidsachterstanden verkleinen 
  3. Druk op het dagelijks leven bij jongeren en jongvolwassenen 
  4. Vitaal ouder worden 

5. Nationaal Preventie Akkoord 

Het akkoord richt zich hoofdzakelijk op het terugdringen van gezondheidsschade als gevolg van roken, problematisch alcoholgebruik en overgewicht. In het kader van het landelijk akkoord is de gemeente uitgenodigd om op lokaal en regionaal niveau gezondheidswinsten te behalen middels een lokaal preventieakkoord.